Onderstaande uitwerking is een aanvulling op de fysiotherapeutische behandeling: de fysiotherapeut (online of in de praktijk) geeft aan welke informatie, adviezen en oefeningen voor u van belang zijn.
Zie boven afbeelding heupprothese
In het kort
Andere benaming: Nieuwe heup
Keuze voor een heupprothese bij veel pijn /stijfheid en als andere therapieën niet meer helpen
In het heupgewricht komen twee botten bij elkaar: heupkop (onderdeel bovenbeenbot) en heupkom (onderdeel van het bekken). Rond de heupkom ligt een kraakbeenring. Om de uiteinden van de botten ligt het gewrichtskraakbeen en het gewrichtskapsel. Binnen het kapsel zit gewrichtsvloeistof. Langs het gewricht lopen zenuwen, bloedvaten, banden, pezen en tussen de pezen zit een slijmbeurs. Een operatie heeft dus gevolgen voor al deze structuten!!
Zie 'google afbeeldingen':heupprothese. Neem met de fysiotherapeut door welke afbeeldingen voor u relevant zijn.
Soorten heupprotheses (de chirurg geeft aan welke keuze bij u wordt gemaakt)
Kop-hals prothese: bijvoorbeeld na botbreuk heup of bij a-vasculaire botnecrose
Kop-kom prothese (totale heupprothese)
Grote kop-kom
Voordeel: minder snel luxatie. Nadeel: meer slijtage materiaal in gewricht
Kleine kop-kom
Voordeel: minder slijtage materiaal in gewricht. Nadeel: eerder luxatie
Mogelijke methodes om kunstheup vast te zetten (de chirurg geeft aan welke keuze bij u wordt gemaakt) (zie ook filmpjes van de Nederlandse Orthopeadische Vereniging: Plaatsen totale heupprothese: gecementeerd of ongecementeerd. Zie ook afbeeldingen: groen is 'cement'
Volledig ongecementeerd: vooral bij jongeren omdat er dan makkelijker een revisie heup te plaatsen is. Ook andere visie: advies voor jongeren om gecementeerde heup te nemen (zie aanvullende informatie 2.6.1)
Volledig gecementeerd: vooral bij mensen ouder dan 70 jaar (bij veel 'valgevaar' eventueel kiezen voor grotere kop: minder kans op luxatie)
Hybride prothese: de steel is gecementeerd en de cup (kom) is ongecementeerd
Omgekeerde hybride: de steel is ongecementeerd en de cup (kom) is gecementeerd
Mogelijke operatie technieken (de chirurg geeft aan welke keuze bij u wordt gemaakt). Zie afbeelding onder: zijkant bovenbeen
Achter-zijwaartse benadering
Meest toegepast: 61% van de THP operaties in 2015
Verhoogde kans op uit de kom gaan heupkop bij combinatie beweging van buigen heup boven 90 graden, naar binnen draaien van het been en naar binnen bewegen been
Weinig kans op doorzakken bekken (trendelenburg)
Weinig kans op zenuwbeschadiging
Zijwaartse benadering
Toegepast in 17% van de THP operaties in 2015
Verhoogde kans op doorzakken bekken (trendelenburg)
Weinig kans op uit de kom gaan heupkop. Voorkom wel naar buiten draaien in heup in combinatie met buigen heup boven 90 graden en naar buiten draaien in heup in combinatie met uiterste strekking heup
Voor-zijwaartse benadering
Verhoogde kans op zenuw uitval
Voorkom naar buiten draaien in heup in combinatie met uiterste strekking heup
Voorwaartse benadering
Weinig risico op uit de kom gaan heupkop en doorzakken bekken
Meer complexe operatie
Voorkom naar buiten draaien in heup in combinatie met uiterste strekking heup
Niet elke prothese kan geplaatst worden
Elk ziekenhuis, elke operatie methode en elk type heupprothese heeft zijn eigen protocol. Het beste is om dit op te vragen bij uw orthopeed en dit door te nemen met uw fysiotherapeut.
Vooral gedurende de eerste 3 maanden is de kans op het uit de kom gaan van de heupprothese het grootst. Daarna blijft het advies om uiterste bewegingen te voorkomen. Zie ook aanvullende informatie 2.16: kritiek op leefregels na operatie.
Het duurt vaak een jaar (soms meer en soms minder) voor de nieuwe heup weer 'gewoon aanvoelt'. Het blijft echter altijd een ander gevoel dan een eigen heupgewricht.
In de loop der jaren is er sprake van slijtage van de prothese (slijtage materiaal van kunstgewricht wat zich in het kapsel ophoopt en loslating kunstgewricht van bot). De gemiddelde levensduur van een heupprothese is tien tot vijftien jaar. Van de jongere populatie heeft 10 - 20% binnen deze periode een revisie nodig. (zie aanvullende informatie 2.1). Zie onder afbeelding: thv rood is sprake van 'loslating'
Neem met de fysiotherapeut door welke informatie voor u zinvol is
Ernstige artrose (=slijtage) van het heupgewricht, waarbij sprake is van ernstige pijnklachten (overdag in rust en in nacht), functiebeperking, vermindering loopafstand (minder dan 20 minuten pijnvrij) en dreigend verlies van zelfstandigheid. Voor informatie over de periode van klachten bij artrose van de heup, zie het onderwerp 'heup gewrichtsklachten' op deze site.
Botbreuk heup, waarbij sprake is van artrose en een heupprothese een betere optie is dan geen operatie, zie het onderwerp 'botbreuk heup of bovenbeen'
Neem met de fysiotherapeut door welke informatie voor u zinvol is
Mogelijke complicaties na de operatie: Nabloeden van de wond, trombose of vetembolie, ontsteking van de wond, zenuwletsel, luxatie (uit de kom gaan kop van heupprothese), infectie door bacterie via operatiewond, loslaten prothese, botbreuk bovenbeen bij vastzetten prothese
Na de operatie kan er sprake zijn van een verschil in beenlengte (geopereerde been is langer). Dit verschil herstelt zich meestal vanzelf in de weken na de operatie. Een hakverhoging ter compensatie is in eerste instantie niet nodig. Als na 3 maanden dit verschil er nog is, dit bespreken met uw fysiotherapeut/ specialist.
Trombose
Ongeveer 1% krijgt te maken met een trombose na de operatie
Signalen van tromose: Dikke drukpijnlijke kuit die niet het gevolg is van oedeem
Voorkomen door medicatie na operatie
Litteken
Soms verdwijnt het vetweefsel onder de huid waardoor er een 'deuk' ontstaat onder het litteken
Liespijn
Door frictie liesspier tegen voorrand kom heupprothese
Zenuwletsel
Heeft u zenuwletsel na een heupoperatie? Dan kan dit de zenuw aan de voorkant of aan de achterkant van het been zijn. Bij schade aan de voorkant (nervus femoralis) is het gevoel aan de voorkant van het bovenbeen verminderd en de grote bovenbeenspier (musculus quadriceps) werkt minder. Hierdoor kan de knie moeilijker in bed gedrukt worden. Bij schade aan de achterkant (nervus ischiadicus en nervus peroneus) is het gevoel aan de tenen verminderd en het heffen van de voet is minder goed mogelijk.
Mogelijke complicatie op langere termijn
Aanwezig blijven van 'trendelenburg' (staan op geopereerde been, waarbij bekken aan de andere zijde weg zakt).
Botvorming in weke delen (kapsel) rond heupprothese (komt veel voor!)
Loslating prothese
Signalen van loslating: Startpijn, pijn bij eindstandige bewegingen, pijn bij omdraaien in bed
Luxatie kop uit kom
Ongeveer 4% krijgt binnen een half jaar te maken met een luxatie, na een revisie operatie is dat 14%
Bij kleine kop-kom meer risico
Slijten prothese
Ontsteking rond prothese
Ongeveer 0,2% krijgt binnen een half jaar een infectie, na een revisie operatie is dat ongeveer 1%
Oorzaak late infectie: Bacterie van elders in lichaam
Signalen van ontsteking: Constante pijn in nacht, stijfheid, koorts, roodheid en warmte thv heupgewricht
Neem de verschijnselen die bij u aanwezig zijn met de fysiotherapeut door
Fysiotherapeut
De eigen fysiotherapeut geeft aan welke informatie, adviezen en oefeningen zinvol zijn, zie verder. Meestal zijn 8-12 behandelingen voldoende. Zie aanvullende informatie 2.1.1
Week 1 en 2: 2 maal per week aan huis
Week 3 en 4: 1 maal per week op praktijk
Week 5, 6, 7 en 8: 1 maal per 2 weken
Invulling behandelingen
Eerste behandeling: Diagnose stellen, uitleg klachtenbeeld, informatie over behandelplan en eerste adviezen oefeningen
Tweede behandeling: Oefeningen en adviezen doornemen (e.v.t een opname hiervan maken die thuis bekeken kan worden)
Behandeling 3 tot en met 8: Oefeningen doornemen en kijken of ze goed uitgevoerd worden
Zo nodig nog 2 (of meer: e.e.a afhankelijk van herstel) behandelingen plannen
Eventuele begeleiding door fysiotherapeut afstemmen op wensen patient:
Wil patient na de begeleiding naar een fitnessclub: beweegprogramma (oefeningen en activiteiten) laten plaatsvinden in fitnessruimte fysiotherapiepraktijk, zodat hij/zij bekend raakt met fitnessapparaten. Zie video 'Jeroen Bosch ziekenhuis' met impressie fysiofitness en zie onder afbeelding uit video. Risico van fysio fitness is dat er te veel en te intensief getraind wordt!
Wil patient oefeningen en activiteiten zelf thuis oppakken: oefeningen en activiteiten doornemen die patient zelf kan doen (algemene oefeningen en oefeningen met elastische band/ gewichtjes
Nivel - Kennis voor betere zorg: E-Exercise bij artrose heup en knie (kan ook ingezet worden bij andere klachtenbeelden of als nabehandeling/volgen verloop)
Voorwaarden voor ontslag uit het ziekenhuis (vaak na 3-5 dagen): zelfstandig kunnen lopen met loophulpmiddel en indien van toepassing traplopen; operatiewond is goed genezen; er is voldoende beweeglijkheid in de heup; algemeen dagelijkse dingen in huis goed kunnen doen; inzicht in het gebruik en de belastbaarheid van de heupprothese, bekend met risico op luxatie.
Neem contact op met de orthopedisch chirurg als uit de wond vocht of bloed gaat lekken, als de heupregio dik, rood of pijnlijk wordt; als u niet meer op het geopereerde been kunt staan, terwijl u het daarvoor wel kon
Neem contact op met orthopeed als er sprake is van blijvende pijnklachten na de operatie
Is er sprake van een loszittende prothese? Er is dan vaak sprake van pijn in lies (bij loszitende kom) of bovenbeen (bij loszittende steel): nachtelijke pijnen bij omdraaien in bed, pijn bij belasten, startpijnen. Loszittende prothese is lastig vast te stellen! Botscan is beste diagnosticum.
Is er sprake van ontsteking? Er is dan vaak sprake van constante nachtelijke pijnen
Controle afspraken: meestal 3 maanden na operatie. Zet de vragen voor uw bezoek op papier!
Aanmetenheupbrace (orthese) bij herhaalde luxaties
Neem met de fysiotherapeut door welke hulpverleners een aanvulling kunnen zijn op de behandeling
Algemeen
Volg altijd het protocol van de eigen specialist! Zie onder voor mogelijk protocol.
Onderstaande adviezen tav luxatie gaan uit van een achter-zijwaartse benadering bij operatie (zie boven bij 'wat is een heupptothese')
Wie rookt, heeft meer kans op complicaties bij een orthopedische operatie dan een niet-roker. Stoppen met roken halveert die kans. Daarom adviseren orthopedisch chirurgen om niet te roken van minimaal vier weken vóór tot tenminste vier weken ná een geplande operatie.
Neem de onderstaande punten 2-4 weken voor de operatie door
Het gebruik van het loophulpmiddel: lopen, drempels en opstapjes nemen. Zie het onderwerp 'hulpmiddelen' op deze site, kijk bij 'lopen'. De fysiotherapeut geeft aan welk loophulpmiddel voor u geschikt is. Zie filmpje en onderstaande afbeelding van website 'samenbeterthuis.nl.
Oefeningen die na de operatie van belang zijn
In- en uit bed komen
Traplopen met elleboogkrukken: zie onder bij 'traplopen'
Als de beslissing om te opereren genomen is, is het aan te raden om uzelf er aan te wennen om op de rug te slapen.
In uw huis doornemen: Kleedjes op gladde vloer weghalen, handvat nodig in de wc en badkamer?, een toiletverhoging of verhoging van het bed (matras boven op eigen matras leggen) nodig?, zijn er hoge drempels: samen kijken hoe je met krukken eroverheen stapt, een goede stoel (hoge zit, met armleuningen) aanwezig?
Losmaak oefeningen voor spieren en gewrichten (vaak en kort doen)
Warmtepakking op bovenbeenspieren. Zie bol.com: hot/coldpack en zie 'hulpmiddelen' op deze site en kijk bij 'spieren'.
Koude pakking (tien minuten, doekje tussen pakking en huid, twintig minuten tussen elke koudebehandeling) thv operatiegebied. Zie bol.com: hot/coldpack en zie 'hulpmiddelen' op deze site en kijk bij 'spieren'.
Lichamelijke verzorging
Douchen als de wond droog is.
Zo nodig douchestoel lenen of aanschaffen. Zie bol.com: Douchestoel
Niet in bad in verband met het in- en uitstappen en het week worden van de wond
Vraag hulp bij wassen voeten en aan- en uittrekken van kousen en/of schoenen
Bij aankleden eerst geopereerde been in broekspijp steken.
Bij uitkleden eerst het gezonde been uit broekspijp halen.
Dagelijks wond inspecteren op roodheid, zwelling en wondvocht.
Als wond droog is, hoeft er geen pleister meer op.
Bij wondlekkage dagelijks een schone pleister op de wond plakken.
Soms kunnen de huidhechtingen wat irritatie veroorzaken en kan de huid rondom de hechtingen wat rood zijn. Dit is geen reden tot ongerustheid.
Contact opnemen met de afdeling spoedeisende hulp als been dik wordt, tintelt, klopt, wit of blauw wordt en er binnen enkele uren na het hoog houden geen verbetering optreedt.
Meestal worden na 3 weken de hechtingen / krammen verwijderd.
Liggen op bed
De eerste 6 weken in- en uit bed aan de kant van het geopereerde been (zie video's UMC St. Radboud: in en uit bed komen)
Draaien in bed met kussens tussen de benen
Het been niet gestrekt heffen. Bij verplaatsen been, dit doen met ondersteuning andere been of met band
De eerste zes weken op de rug slapen met de benen naast elkaar
Op de niet-geopereerde zijde liggen met een kussen tussen de benen (maak eventueel gebruik van een 'abductiekussen') en op geopereerde zijde liggen als wond het toelaat. Dit bespreken met specialist omdat dit per ziekenhuis verschilt! Zie bol.com: Kussen tussen knieën
Voorkom verminderde beweeglijkheid van de strekking in de heup door tweemaal per dag een uur op de rug op bed te liggen en als u staat regelmatig been naar achteren te strekken. Op buik liggen (evt met kussen onder bovenbeen) bevorderd ook de strekking in de
De benen mogen elkaar niet kruisen
In en uit bed aan de kant van het geopereerde been.
Geopereerde been niet naar binnen gedraaid houden maar iets naar buiten
Stand en lopen
De specialist geeft aan hoeveel belasting toegestaan is (meestal 100%). Lopen met loophulpmiddel is toch nodig ivm valgevaar en risico's die daarbij horen. Zie bol.com: elleboogkrukken // rollator // looprekje
In begin oefeningen met kruklopen: drempel nemen, achterwaarts en zijwaarts lopen. Opstaan uit stoel zonder het been te belasten. Dit eventueel doornemen met de fysiotherapeut.
Bij stand niet te ver reiken: niet met de rechterarm links iets pakken en omgekeerd
Bij iets pakken van de grond, het geopereerde been naar achteren strekken of gebruik grijper. Zie bol.com: grijparm
Vermijd een aantal bewegingen, zoals hurken en bukken.
Loop de eerste 6 weken met 2 elleboogkrukken of rollator of looprekje en voorkom overbelasting. Indien mogelijk (in overleg met orthopeed) kan ook de eerste 6 weken met 1 elleboogkruk gelopen (de kruk aan de niet geopereerde zijde) worden.
Lopen na zes weken binnen zonder hulpmiddel en buiten met 1 elleboog kruk. Na week 12 gebruik hulpmiddel afbouwen. Een en ander hangt af van hoe het gaat: als alles goed goed kan ook buiten zonder hulpmiddel gelopen worden na week 8.
Loop niet te lange afstanden en sta niet te lang stil op een plek.
Draaien in stand met kleine pasjes.
Voorkom overbelasting, loop niet te lange afstanden en sta niet te lang stil op één plek.
Voorkom uitglijden; haal losse kleden en snoeren weg en gebruik in de douche een antislipmat.
Zorg voor voldoende loopruimte in huis
Geopereerde been mag iets naar buiten gedraaid worden (voet wijst iets naar buiten) tijdens staan en lopen
Eerste zes weken niet zelf autorijden. Daarna weer autorijden bij voldoende controle over geopereerde been. Raadpleeg wel vooraf de voorwaarden van de autoverzekering en overleg met de orthopeed.
Autostoel en rugleuning zo ver mogelijk naar achteren
Bij het in- en uitstappen niet verder buigen in heup dan 90 graden.
Zet de auto een stukje van de stoep af en plaats de stoel zover mogelijk naar achteren.
Bij instappen, ga eerst zitten op de autostoel met de benen buiten de auto. Draai (eventueel op plastic zak) daarna de benen naar binnen. Zie bol.com: Draaikussen auto
Bewegen, werken en sporten
Bespreek samen met de fysiotherapeut welke sport/ activiteit voor u geschikt is:
Gebruik hometrainer na 2-3 weken in overleg met de fysiotherapeut: zadel hoog zetten (zo mogelijk hometrainer bij fysiotherapeut met verkorte cranks). Op en afstappen is voor ouderen vaak een probleem: dan nog even uitstellen en/of doornemen met de fysiotherapeut.
Zwemmen (liever geen schoolslag) en fietsen (damesfiets ivm opstappen) in overleg met de orthopeed of fysiotherapeut na 6-8 weken
Wissel lopen, staan en zitten regelmatig af.
Het is van belang na herstel bot, de belasting rustig op te bouwen! Signalen van te veel belasting: zwelling rond gewricht, gewricht voelt warm aan, spierpijn.
Wandelen opbouwen naar minstens 30 minuten per dag
Geen zware dingen tillen.
Activiteiten algemeen dagelijks leven rustig uitbreiden: bukken en tillen, op- en afstapjes, doorstappen bij traplopen, buigen in geopereerde heup (bijvoorbeeld sokken aandoen
Ook een nieuwe heup kan slijten, dus zwaar belastende sporten worden afgeraden.
Lage belastende sporten worden aangeraden: zwemmen, bowlen, wandelen, fietsen (rustig), dansen, roeien, tennissen (liefst dubbelen), golfen. Zie ook video's op website 'physiotec', aquatherapie.
Hoog belastende sporten en team/contactsporten worden afgeraden: squash, basketbal, voetbal, rugby, hardlopen, snowboarden, skieen op moeilijk terrein
Advies bij revisieoperatie:
Bij een revisie van van een heupprothese mag weken lang maar 10 % belasting plaatsvinden om het verzwakte bot gelegenheid te geven te herstellen. Soms is een brace nodig om uit de kom gaan heupkop te voorkomen
Neem met de fysiotherapeut door welke adviezen voor u zinvol zijn
Punten die bij een heupprothese van belang zijn
Specialist geeft aan welke beperkingen er zijn tav specifieke bewegingen (e.e.a is afhankelijk van type operatie, zie boven bij 'wat is een heupoperatie') en opbouw oefeningen (blessure gebied of operatie gebied ontzien in herstelfase!)
Oefening uitvoeren tot de pijn (zie aanvullende informatie 2.1.3)
Been eerste 2 maanden niet gestrekt heffen!
Losmaakoefeningen bij pijn en stijfheid
Voor de 'losmaakoefeningen' geld: buiging heup niet verder dan 90 graden, been (knie) niet naar binnen bewegen en niet streven naar een maximale beweeglijkheid.
Rekoefeningen, lengte liesspier: strekking in de heup optimaliseren (zie ook aanvullende informatie 2.11)
Kracht van de spieren aan de voorzijde- en aan de buitenzijde van het bovenbeen
Als het mogelijk is functioneel oefenen ( = traplopen, opstaan en gaan zitten, wandelen, hometrainer, tuinieren, stofzuigen) omdat dit aansluit bij het normale gebruik spieren en gewrichten
Sport/werkspecifiekeoefeningen
De fysiotherapeut kan (als zowel de fysiotherapeut en de patiënt er achter staan!) een opname maken van de oefeningen die voor u van belang zijn (met telefoon van fysiotherapeut en mailen of met telefoon/ ipad van patiënt), zodat u thuis dit terug kan zien)
Sport/ werk specifiek oefenprogramma maken: opbouwen in snelheid bewegingen en in zwaarte.
Oefenprogramma van fysiotherapeut ondersteunen met enkele keren in de week trainen (bijvoorbeeld in een fitnesscentrum of joggen)
Juiste techniek sport of werk doornemen met de sporttrainer of fysiotherapeut. De techniek moet erop gericht zijn de uiterste grens van de belastbaarheid te vermijden. In sommige gevallen kan dit ten koste gaan van de geleverde prestatie
Sport: Techniek van sport die gedaan wordt. Bijvoorbeeld looptechniek bij joggen
Werk: Bijvoorbeeld tiltechniek (buigen in heupen en knieën / in- en uit vrachtwagen stappen)
Mogelijk opbouw
Het ‘droog’ trainen van activiteit: eerst voorzichtig in ‘slow motion’ en later, als het goed gaat, sneller. De uitvoering mag geen pijn doen.
Uiteindelijk meer sportspecifiek (of werkspecifiek) trainen. Men mag daarbij pas voluit gaan als men zonder enig probleem een tijdje rustig de betreffende activiteit/beweging kan doen. Heel geleidelijk de belasting op te voeren
Zie aanvullende informatie 2.23
Voor extra oefeningen en algemene informatie bij oefeningen. Video's onder, zie website 'rehab my patient'.
Stand van zaken rond de totale heup- en knieartroplastiek (2009). Conclusie: Op basis van functionele testen blijkt dat patiënten gemiddeld na zes tot negen weken weer op hun preoperatieve niveau zitten. Patiënten rapporteren dit herstel zelf al eerder: uit patiëntgeoriënteerde scorelijsten voor fysiek functioneren blijkt dat patiënten zelf vinden dat ze na gemiddeld één tot drie weken weer op het preoperatieve niveau zitten.De verbetering van de functionele vaardigheden en de conditie vlakt in de loop der tijd af, maar loopt vaak door tot minimaal een jaar na de operatie.Orthopeden verschillen van mening over het voorschrijven van postoperatieve fysiotherapie. Men is het erover eens dat patiënten met duidelijk functionele ADL-beperkingen bij het ontslag, extra fysiotherapie voorgeschreven moeten krijgen. Verder gaat de patiënt naar huis met een helder oefenschema. Dit moet voor de meeste heuppatiënten voldoende zijn. Diverse ziekenhuizen kiezen ervoor om de heuppatiënt tweewekelijks bij de fysiotherapeut langs te laten komen voor begeleiding en het eventueel afbouwen van de krukken. Conclusie: Totale heupoperaties hebben een lange en succesvolle geschiedenis. Protheses zijn momenteel in verschillende materialen beschikbaar, en de operaties kunnen op diverse manieren uitgevoerd worden. Ieder materiaal en elke chirurgische benadering heeft zijn eigen voor- en nadelen. In de komende jaren zullen de protheses verder in kwaliteit verbeteren en zal een nog kortere opnameduur mogelijk worden.
Hoe jonger bij knie- of heupvervanging, des te vaker en sneller een revisie (2017). Conclusie: Het lifetime-risico op revisie, waar in deze studie voor het eerst naar werd gekeken, kan helpen bij de beslissing over een heup- of knievervanging. Bij jongere patiënten – vooral mannen – is het lifetime-risico op revisie hoger en bovendien krijgen zij die revisie sneller. De mediane follow-upduur in deze studie ligt echter rond de 5,5 jaar en de maximale follow-upduur was ruim 20 jaar, waardoor het revisierisico voor jonge patiënten onderschat kan worden. Bovendien zijn in deze studie geen gegevens meegenomen over het type implantaat en de operatie-indicatie, wat ook van invloed kan zijn op revisierisico. Zo krijgen ouderen een prothese vanwege primaire slijtage, terwijl er bij jongere patiënten meestal een onderliggende oorzaak is. Deze studie laat zien dat er bij de keuze voor een volledige heup- of knievervanging een afweging gemaakt moet worden tussen de klachten en de risico’s van het plaatsen van de prothese, waaronder de kans op snellere revisie.
NtvG: Goed actief na nieuwe heup of knie (2016). Conclusie:Nederlanders die een gewrichtsprothese hebben gekregen zouden meer bewegen dan hun evenknieën in de algemene bevolking. Dat melden Jennifer Meessen (LUMC) en collega’s in Reumatology International op basis van een vragenlijstonderzoek (2016; online 16 november).
Bewezen goed presterende heupprothesen (2018). Conclusie: De implementatie van een evidencebased classificatiesysteem van de Nederlandse Orthopaedische Vereniging ging gepaard met een directe stijging van het gebruik van totale heupprothesen die bewezen goed presteerden. ‘Bewezen goed presteren’ houdt in dat is aangetoond dat het revisiepercentage van deze heupprothesen gemiddeld ≤ 10% na 10 jaar follow-up of gemiddeld ≤ 5% na 5 jaar follow-up bedraagt. Wij konden deze stijging over de jaren 2012-2014 vaststellen dankzij de gegevens in het landelijke register van gewrichtsimplantaten in Nederland, de Landelijke Registratie Orthopedische Implantaten. Gegevens uit dergelijke registers kunnen sturend zijn bij de keuze voor bepaalde typen implantaten.
H2 (Coxartrose links en geringe verschijnselen van een lumbale kanaalstenose) en 2 b (Addendum revalidatie na een totale heupprothese), Koos van Nugteren
Boek: 'kunstgewrichten: de heup', Koos van Nugteren en Dos Winkel en Cindy Walravens (2015). H3: Totale heupoperatie, H4: geleidelijk ontstane liesklachten bij een 53 jarige sportieve man, H5: sporten na een totale heupplastiek, H6: jarenlange pijn in het bovenbeen bij een 76 jarige man met een endoprothese van de linker heup
LROI: De LROI is een register voor gewrichtsprothesen (heup, knie, enkel, schouder, elleboog, pols, vinger en duim) die in Nederland geplaatst zijn. Wie krijgt heupprothese en waarom
OLVG schaft leefregels na heupoperatie af (2018). Conclusie: een beperkt of zelfs geen leefregelprotocol leidt niet tot meer luxaties. De afwezigheid van leefregels leidt echter wel tot een vlottere hervatting van activiteiten en tot een vergroting van de patiënttevredenheid.
NRC: Lijmen in het been. Conclusie: Een loszittende heupprothese kan weer vastgelijmd worden door met naalden nieuw cement in het bot te spuiten. Orthopeed Rob Nelissen heeft de handen ineen geslagen met biomechanicus Edward Valstar om de techniek te verfijnen. (2015)