Onderstaande uitwerking is een aanvulling op de fysiotherapeutische behandeling: de fysiotherapeut (online of in de praktijk) geeft aan welke informatie, adviezen en oefeningen voor u van belang zijn.
Zie boven afbeelding voorzijde rechter schoudergordel, in rood de kraakbeenring, het labrum
In het kort
Andere benaming: Klacht labrum schouder
Het schoudergewricht is samengesteld uit de kop van de bovenarm, de kom van het schouderblad en de kraakbeenring om de kom (labrum). Zie boven afbeelding en zie video op website 'Blausen': anatomie van het schoudergewricht
Oorzaak kan een val (op schouder, elleboog of hand), een ruk aan de arm of overbelasting zijn zijn
U heeft klachten als pijn, zwelling in arm en een instabiel gevoel
De fysiotherapeut geeft door uitleg, adviezen en oefeningen ondersteuning aan het herstel
Zo nodig kijken welke hulpverlener zinvol is als klachten blijven of erger worden
Andere benaming: klacht kraakbeenring schouder of labrum scheur of klacht labrum schouder of Bankart leasie of SLAP letsel
Anatomie
De schoudergordel wordt gevormd door de bovenarm (humerus), het schouderblad (scapula) en het sleutelbeen (clavicula). Deze botdelen vormen de volgende gewrichten: het schoudergewricht, het AC gewricht en het SC gewricht.
Het schoudergewricht is samengesteld uit de kop van de bovenarm (caput humerale), de kom van het schouderblad (cavitas glenoidale) en de kraakbeenring om de kom (labrum). Om de uiteinden van de botten zit kraakbeen en rond het gewricht zit het gewrichtskapsel. Binnen het kapsel zit gewrichtsvocht. Langs het schouder gewricht lopen banden, zenuwen en spieren. Er zijn enkele pezen (o.a de bicepspees) die aanhechten op de kraakbeenring
Zie 'google afbeeldingen':labrum schouder. Neem met de fysiotherapeut door welke afbeeldingen en video's voor u relevant zijn.
Neem met de fysiotherapeut door welke informatie voor u zinvol is
Plotselinge ruk aan arm of verkeerde beweging, waardoor kraakbeenring klem komt te zitten tussen kop en kom van schoudergewricht
Val rechtstreeks op de arm of op de uitgestrekte hand
Overbelasting: Herhaaldelijke bovenhandse bewegingen in de schouder. Sporten waar deze blessure voorkomt zijn tennis (service), volleybal, gewichtheffers, 'pitchers' (werpers) bij baseball
Neem de oorzaak van uw klachten met de fysiotherapeut door
Kliks in schouder, verspringend gevoel.
Zwelling in bovenarm
Pijn
Bij uiterste bewegingen: eea is afhankelijk van het type letsel (zie boven)
Bij liggen op schouder
"Dode arm gevoel" / zeurend, vermoeid gevoel in schouder
Instabiel gevoel in schouder
Krachtsverlies van spieren rond schouder
Neem de verschijnselen die bij u aanwezig zijn met de fysiotherapeut door
Fysiotherapeut
De eigen fysiotherapeut geeft aan welke informatie, adviezen en oefeningen zinvol zijn, zie verder. Meestal zijn 4 - 6 behandelingen voldoende. Tijd is de belangrijkste factor bij herstel van de aangedane structuren. Fysiotherapie is van belang om de voorwaarden van het natuurlijke herstel te optimaliseren.
Eerste behandeling: diagnose stellen, uitleg klachtenbeeld, informatie over behandelplan en als er nog tijd is aantal adviezen oefeningen
Tweede behandeling: Oefeningen en adviezen doornemen (e.v.t een opname hiervan maken die thuis bekeken kan worden)
Behandeling 3: Oefeningen doornemen en kijken of ze goed uitgevoerd worden
Behandeling 4 enige tijd na behandeling 3: evalueren stand van zaken.
Zo nodig nog 2 (of meer) behandelingen plannen. Eea is afhankelijk van uitgebreidheid klachten, het herstel, het oppakken adviezen en oefeningen en de eventuele 'bewegingsangst'
Huisarts
Medicatie: pijndempen/ ontstekingsremmer
Doorverwijzen: fysiotherapeut / orthopeed als klachten regelmatig terugkomen, erger worden of aanwezig blijven
Specialist (orthopeed)
Onderzoek: MRI of röntgen of kijkoperatie/onderzoek om labrumletsel, spierscheur of schade gewrichtskapsel in beeld te brengen. Vooral onderzoek doen bij mensen boven de 40 jaar die klachten houden. Zie startpuntradiologie.nl, schouder
Brace
Kijkoperatie/operatie: losliggende kraakbeen rand (labrum) wordt met botankers gefixeerd aan de schouderkom. Zie video gezondheidsplein:kijkoperatie
Doorverwijzen: fysiotherapeut
Neem met de fysiotherapeut door welke hulpverleners een aanvulling kunnen zijn op de behandeling
Algemeen
Volg altijd het protocol van de eigen specialist
Neem situaties die overbelasting veroorzaken (op het werk, thuis of tijdens sport) door met de fysiotherapeut
Wordt niet overmoedig, te vroeg en te veel bewegen kan blijvende schade veroorzaken
Maak zo nodig gebruik van een ondersteuning voor schouder: bespreken met fysiotherapeut. Zie bol.com: schouderbrace en mitella
Ontspannen / pijndempen
Losmaakoefeningen vaak en kort doen, zie verder bij oefeningen
Ontspannen slaaphouding voor schouder: zijlig op niet aangedane schouder en aangedane arm op kussen. Zie video op website 'rehab my patient'
Een koudepakking (een doekje tussen pakking en huid gedurende tien minuten, en minstens twintig minuten tussen elke koudebehandeling) kan de pijn verlichten. Zie video op website ‘rehab my patient’: Koudepakking op schouder. Zie bol.com: hot/coldpack
Warmtepakking op nek- en schouderspieren (met fysiotherapeut doornemen waar en wanneer). Zie bol.com: hot/coldpack
Door middel van massage en oefeningen de spieren rond de schouder en nek los maken, en zo momenten van pijn en stijfheid rond het gewricht opvangen. Zie 'oefeningen divers' en kijk bij massage/ schouder en bovenarm. Neem dit door met de eigen fysiotherapeut zodat die kan aangeven welke technieken voor u zinvol zijn, met welke intensiteit u het kan doen en waar u op moet letten. Zie massage wat u zelf kan doen: video massage nek en schouder. Zie bol.com: massage apparaten ( foamrol ) // massageolie
Mogelijk protocol bij operatie: zie onder en zie aanvullende informatie 1.3.3 en 1.3.4 en 1.3.5
Volg altijd het protocol van de eigen specialist.
Week 1-4:
Arm in sling dag en nacht. Sling mag af bij douchen, oefenen en in zit (arm wel ondersteunen)
Pendeloefeningen
Oefeningen met elleboog, pols en hand (elleboog niet buigen tegen weerstand)
Slaap eventueel de eerste weken met een kussen onder de arm
Week 4-12
Losmaakoefeningen met andere arm: geen draaiing naar buiten met arm van lichaam af (= werpbeweging)
Na week 6 autorijden
Na week 8 weer op schouder slapen
Week 12-16
Trainen biceps bij SLAP operatie na 12 weken, bij Bankart operatie mag dat eerder
Trainen naar buiten draaien arm met gebogen elleboog (= werpbeweging) bij Bankart na 12 weken, bij SLAP mag dat eerder
Licht werk toegestaan (niet tillen).
Na week 16
Weer sporten
Matig zwaar werk (lichte lasten tillen onder schouderhoogte) is toegestaan
Na 6 maanden weer intensief sporten / werken
Bewegen, sporten en trainen
Intensieve sport en werk activiteiten blijven een risico. Neem bewegingen schouder die bij sport/ werk plaatsvinden zo nodig door met trainer of fysiotherapeut.
Voor mogelijk trainingsprogramma zie onder bij oefeningen en zie aanvullende informatie 2.7.1
Neem met de fysiotherapeut door welke activiteit/sport u het beste weer kan doen.
Rustig opbouwen van dagelijkse activiteiten is belangrijkste oefening (= functioneel oefenen/ trainen). Accent leggen op trekken (b.v deur openen, tas dragen), duwen (b.v hand in zitting bank duwen) en steunen (handen gebruiken bij opstaan stoel). Met fysiotherapeut dit doornemen en werksituaties doornemen: goede uitvoering).
Neem met de fysiotherapeut door welke adviezen voor u zinvol zijn
Punten die van belang zijn bij deze klacht
Volg altijd het protocol van de specialist. Zie ook anvullende informatie 1.3.3 en 1.3.4 en 1.3.5
Houdingsgevoeloefeningen om een optimaal bewegingssamenspel tussen bovenarm (kop schoudergewricht) en schouderblad (kom schoudergewricht) te realiseren. Zie aanvullende informatie 1.3.2
Losmaakoefeningen: ontspannen spieren rond de schouder en het schoudergewricht. In eerste instantie kleine bewegingen en daarna bewegingsuitslag langzaam opbouwen op geleide van de pijn
Rekoefeningen als sprake is van verkorte spieren na periode herstel kraakbeenring
Spierversterkende oefeningen en stabilisatie oefeningen na eerste herstel van de spieren rond de schouder (zgn rotatorcuff) en schouderbladspieren: beginnen onder de 90 graden en daarna boven de 90 graden als het pijnvrij kan.
Voor mogelijk oefenprogramma bij deze klacht zie onder. Meeste video's van onderstaande oefeningen komen van website ‘rehab my patient' tenzij anders vermeld
Houdingsgevoeloefeningen / onderstaande oefeningen uitvoeren in zit of stand
Schouderblad stabiliseren (schouderbladen aantrekken: naar elkaar toe en naar beneden) en arm verschillende richtingen op bewegen onder schouderhoogte.
Losmaakoefeningen / onderstaande oefeningen uitvoeren in lig of zit of stand / bij elke oefening eerst stabiliseren schouderblad
Sport/ werk specifiek oefenprogramma maken: opbouwen in snelheid bewegingen en in zwaarte.
Oefenprogramma van fysiotherapeut ondersteunen met enkele keren in de week trainen (bijvoorbeeld in een fitnesscentrum of joggen)
Juiste techniek sport die gedaan wordt of werk (bijvoorbeeld tiltechniek) doornemen met de sporttrainer of fysiotherapeut. De techniek moet erop gericht zijn in eerste instantie de uiterste grens van de belastbaarheid te vermijden. In sommige gevallen kan dit ten koste gaan van de geleverde prestatie
Mogelijk opbouw
Het ‘droog’ trainen van activiteit: eerst voorzichtig in ‘slow motion’ en later, als het goed gaat, sneller. De uitvoering mag geen pijn doen.
Uiteindelijk meer sportspecifiek (of werkspecifiek) trainen. Men mag daarbij pas voluit gaan als men zonder enig probleem een tijdje rustig de betreffende activiteit/beweging kan doen. Heel geleidelijk de belasting op te voeren
Voor extra oefeningen en algemene informatie bij oefeningen
Boek: Onderzoek en behandeling van sportblessures van de schouder H5 (Bankart-laesie2 met antero-inferieure instabiliteit van het glenohumerale gewricht.), Patty Joldersma, Olivier Verborgt
Boek: Onderzoek en behandeling van sportblessures van de schouder H6 (Scheur in het posterosuperieure labrum met extensie in de proximale lange bicepspees: SLAP-laesie type 4), Olivier Verborgt, Koos van Nugteren
Boek: Onderzoek en behandeling van sportblessures van de schouder H9 ( Anterieure instabiliteit , vermoedelijk door anterieur labrumletsel (Bankart-laesie). ), Koos van Nugteren,
Bij sporten, sportspecifiek oefenprogramma maken: opbouwen in snelheid bewegingen en in zwaarte. Zware bovenhandse sportactiviteiten kunnen een een risico blijven. Neem uitgevoerde techniek zo nodig door met trainer of fysiotherapeut.
Oefenprogramma van fysiothetapeut ondersteunen met enkele keren in de week trainen in een fitnesscentrum
Bij voorwaartse instabiliteit:
Bij smashen, gooien en zwemmen: uiterste grens van de belastbaarheid vermijden en inzicht in de correcte uitvoering.
Als klachten blijven werpbeweging aanpassen: hand niet te ver van lichaam af bewegen, schouderblad voldoende aantrekken, romp voldoende indraaien en bij inzet werpen elleboog iets naar voren houden
Juiste techniek: bijvoorbeeld bij gooien, smashen en zwemmen. De techniek moet erop gericht zijn de uiterste grens van de belastbaarheid te vermijden. In sommige gevallen kan dit ten koste gaan van de geleverde prestatie
Mogelijk opbouw
Het ‘droog’ trainen: werpbeweging zonder racket of bal, eerst voorzichtig in ‘slow motion’ en later, als het goed gaat, sneller. De uitvoering mag geen pijn doen.
Het maken van een ‘ingooi’ met een bal zoals dit bij voetballen wordt gedaan, de ellebogen zijn daarbij naar voren gericht. Omdat beide handen de bal vasthouden wordt de worp boven het hoofd uitgevoerd.
Het gooien van een bal (of balletje) met één hand terwijl ook de andere hand de bal aanraakt tijdens de worp. De gooiende hand wordt hiermee gedwongen dicht bij het hoofd te blijven zodat de lastarm niet te groot wordt.
Tennisballetjes gooien tegen een muur, steeds lettend op de juiste techniek.
Uiteindelijk meer sportspecifiek trainen, indien van toepassing, met een racket. Men mag daarbij pas voluit gaan als men zonder enig probleem een tijdje rustig kan overgooien of -slaan. Heel geleidelijk de belasting op te voeren
Volgens de huidige richtlijn wordt een eerste anterieure schouderluxatie na repositie conservatief behandeld door kortdurende immobilisatie van de schouder.
Actieve jongvolwassenen hebben een grote kans, tot 90%, op een recidiefluxatie na conservatieve behandeling van een eerste schouderluxatie.
Een schouderstabiliserende operatie – open of artroscopisch – verlaagt de recidiefkans en verbetert de functionele uitkomst op lange termijn.
Vooral actieve jongvolwassen mannen hebben baat bij een schouderstabiliserende operatie.
Bij een vergelijking van operatieve behandelingen is er geen verschil in recidiefkans tussen een open en een artroscopische operatie.
De keuze tussen een open of artroscopische operatie is afhankelijk van de voorkeur van de patiënt en de ervaring van de behandelaar
Artroscopische behandeling van de anterieure (sub)luxatie van de schouder (1991). Bij 17 patiënten werd in verband met een recidiverende traumatische (sub)luxatie van de schouder een behandeling ingesteld met een nieuwe, artroscopische hechttechniek naar Rose. De follow-up bedroeg gemiddeld 15 maanden. Bij 1 patiënte trad eenmaal een recidief-subluxatie op. Complicaties waren gering in aantal en ernst. De functie van het schoudergewricht bij het laatste onderzoek was praktisch maximaal. Alle patiënten waren tevreden over het resultaat. Nagenoeg alle patiënten hadden hun sportactiviteiten op het oude niveau hervat. Hoewel deze ‘gesloten’ artroscopische techniek nieuw is, zijn de resultaten zeer bevredigend; deze techniek kan dan ook veelbelovend worden genoemd.
Artroscopie van de schouder (1987). Bij 34 patiënten werd artroscopie van het glenohumerale gewricht verricht. De methode en de indicaties worden beschreven. De bevindingen bij het onderzoek waren o.a. limbusafwijkingen, letsels van de rotatorenmanchet, kraakbeenaandoeningen, kapsel- en synovia-afwijkingen en corpora libera. Bij 16 patiënten werd operatie per artroscoop verricht. Er waren geen complicaties. De morbiditeit van een dergelijke ingreep is gering
Neem met de fysiotherapeut door welke informatie voor u zinvol is.