In het kort
Er kan sprake zijn van 3 typen diabetes. Zie ook aanvullende informatie 2.20
Verbeterd profiel vetsoffen in bloed
Verlaging van de bloeddruk (direct effect maximaal 8 mmHg verlaging)
Toename van energieverbruik
Verbetering van cardiovasculaire conditie
Toegenomen kracht en souplesse
Verbetering algemeen welbevinden
Neem met de fysiotherapeut door welke informatie voor u zinvol is
De kans op diabetes type 2 is groter door
Overgewicht / buikvet
Hart en vaatziekte
Hoge bloeddruk
Te weinig lichaamsbeweging (mensen met overgewicht en een goede conditie hebben minder kans op diabetes dan mensen met overgewicht en een slechte conditie!!)
Erfelijke belastheid
Afkomst: bijvoorbeeld mensen uit Marokko, Turkije, Suriname. India hebben meer kans op diabetes
Neem de oorzaak van uw klachten met de fysiotherapeut door
Veel dorst
Vermoeidheid, zwak, lusteloos
Gewichtsafname ondanks toegenomen eetlust
Toegenomen vatbaarheid voor infecties
Neem de verschijnselen die bij u aanwezig zijn met de fysiotherapeut door
Fysiotherapeut: Zie verder.
Huisarts
Diagnose stellen: Bloedsuikerspiegel meting via bloedonderzoek / zie boven bij verschijnselen
Vaststellen medicatie of insuline wat nodig is
Doorverwijzen: Zie onder
Huisartsondersteuner / praktijk ondersteuner huisarts (POH) of diabetes verpleegkundige:
Uitleg, controle bloedsuiker waarden. Doel is 'normale’ bloedglucosewaarden te bereiken, dat betekent: niet onder de 4 mmol/l en niet boven de 9 mmol/l.
Bepalen van HbA1c: maat voor het gemiddelde van de bloedglucosewaarden over de afgelopen 2 tot 3 maanden. De algemene streefwaarde voor het HbA1cis minder dan 53 mmol/mol ), begeleiden en coachen bij medicijngebruik of insuline gebruik.
Diëtist(e): begeleiden bij afvallen en samenstellen voeding per dag.
Specialist/ internist, cardioloog, vaatspecialist: begeleiden bij complicaties door diabetes.
Podotherapeut: advies voor goed schoeisel om wondjes aan de voeten te voorkomen.
Mentale begeleiding als door de diabetes spanningen/ stress ontstaat of dat spanningen de klachten door diabetes versterken (zie aanvullende informatie: 2.12)
Neem met de fysiotherapeut door welke hulpverleners een aanvulling kunnen zijn op de behandeling
Algemeen
De eMate app kan mensen helpen met diabets gezonder te eten, meer te bewegen en eventueel hun medicijninname bij te houden.
Inzicht in diabetes: Zorg dat u goed geïnformeerd bent over deze klacht. Door bewust te zijn van uw lichaam en de noodzaak van sommige (gedrags) veranderingen, ontstaat een goede motivatie om er wat aan te doen.
Inzicht in stress: Het is voor iedereen belangrijk om met stress te leren omgaan, maar voor mensen met diabetes is het nog belangrijker, omdat stress gevolgen heeft voor de glucose waarden en daardoor voor de fysieke en mentale gesteldheid.
Niet roken: Als u wel rookt is het noodzakelijk te stoppen, en zo nodig hier hulp bij te vragen. Zie www.stivoro.nl
Inzicht in gevolgen van gebruik van alcohol en drugs op diabetes:
Alcohol bevat veel calorieën en kan zorgen voor een hoge bloeddruk. Beperk daarom het gebruik van alcohol: mannen 2 glaasjes en vrouwen 1 glaasje per dag.
Pas op met drugs. Dat geldt voor iedereen, maar vooral als u diabetes heeft. Wie drugs gebruikt, kan een hypo krijgen zonder er iets van te merken. Hasj en weed geven een hongergevoel, zodat u meer gaat eten waardoor uw bloedglucose omhoog kan gaan. Cocaïne, xtc en speed werken rechtstreeks op uw stofwisseling, waardoor uw lichaam ernstig ontregeld kan raken.
Gezond eten: Eet gezond en voorkom overgewicht. Als u overgewicht heeft is het verstandig om contact op te nemen met een diëtiste. Zie voedingscentrum .nl: diabetes.en diabetesfonds: lekker en gezond eten met diabetes. Door middel van bepaalde dieetinterventies, zoals eiwitverrijkte voeding, kan het effect van een krachttraining (vooral bij oudere patiënten) verder worden versterkt
Voldoende bewegen: Voor mensen met diabetes is het belangrijk om te bewegen. Bewegen verbetert de conditie, helpt het cholesterolgehalte en de bloeddruk te verlagen en draagt bij aan een goed lichaamsgewicht.
Functioneel trainen (stofzuigen, tuinieren, opstaan en gaan zitten, traplopen, fietsen….) is belangrijk omdat dit in het dagelijkse leven toegepast kan worden en omdat de te oefenen spieren deel uit maken van een natuurlijke beweging. Zie website alles over sporten: Traplopen, bewegen en krachtoefening in één en 'neem de trap, blijf vitaal'. Zie website gezondheidsnet 'blijf fit door het doen van dagelijkse dingen'.
Hou bij hoeveel u beweegt per week (met fitmeter) en bespreek dit eventueel met de fysiotherapeut, zie 'bol.com' bij 'fitmeter'. Zie ook aanvullende informatie 2.15.2
Bespreek samen met de trainer/ fysiotherapeut de opbouw in belasting. Advies: rustig opbouwen om overbelasting te voorkomen.
Bespreek samen met de trainer/ fysiotherapeut de trainingsintensiteit. Advies: 3-5 maal per week trainen (bijvoorbeeld 30 minuten per keer sportief wandelen). Zie aanvullende informatie 2.8.1 en 2.15.3
Goede warming-up en cooling-down (rustig de sport starten die u gaat doen en rustig eindigen)
Als u een sport niet meer kunt uitoefenen, zoek dan naar alternatieven: fitness programma voor thuis (hometrainer/ duo trainer/ roeiapparaat), wandelen, fietsen, etc.
Draag goede schoenen en sokken, neem bij klachten aan de voeten contact op met de huisarts/ podotherapeut die gespecialiseerd is in het behandelen van voetproblemen.
Bij pijn op de borstkast, met uitstraling naar kaak en/ of linker arm, moet u contact opnemen met de huisarts
Wees alert op gewrichtsklachten (bespreek dit met uw fysiotherapeut)
Drink veel water
Bij oogklachten t.g.v. diabetes is het beter geen explosieve sporten ( b.v. gewichtheffen) te doen
Signalen voor aankomende hypoglykemie die kunnen ontstaan wanneer de glucosespiegel daalt tot 3,6 tot 3,8 mmol/l:
Beverigheid / trillen, gevoelens van nervositeit, zweten, hartkloppingen, zwakte, duizeligheid, geïrriteerdheid, tintelingen rondom de mond, (extreme) honger, hoofdpijn (meestal na afloop), bleekheid, misselijkheid of maagpijn, koude en klamme huid
Tekort aan glucose in de hersenen kan volgende symptonen veroorzaken: concentratieverlies, verstoring fijne motoriek, verwardheid, slecht zien/dubbelbeelden, sufheid, agressief gedrag, psychotisch/delirant, toestandsbeeld, spraakstoornissen, bewustzijnsverlies, parese, krampaanvallen, convulsies/epileptisch insult
Tips voor verstandig en “hypovrij” intensief bewegen / sporten zijn. Zie ook website 'stichting DIEP": Intensief sporten
Sport (vooral als u begint) bij voorkeur als er anderen bij zijn en draag een “diabeteskettinkje”
Zorg ervoor dat er minstens 1 persoon in uw omgeving is die weet wat te doen als u een hypo hebt (en u het zelf niet kan oplossen)
Spuit niet in een spier die u tijdens de training intensief gebruikt, want daarmee vergroot u de kans op een hypo
Pas, in overleg met uw behandelaar of diabetes verpleegkundige/ praktijkondersteuner , uw insuline dosering aan (met name bij duursporten) en spuit niet kort voordat u met sporten begint
Meet voor en na het sporten uw bloedglucose als u slecht ingesteld bent/ als u aan een nieuwe sport begint/ als u na een periode niets gedaan te hebben weer begint met sporten
Als u een hypo voelt aankomen moet u stoppen en iets eten of drinken
Meet, als u een hypo niet goed voelt aankomen, uw bloedsuikers kort voor u gaat sporten
Bedenk dat ook uren na een activiteit uw bloedsuikers kunnen dalen en een hypo kunnen veroorzaken
Als u een sport niet meer kunt uitoefenen, zoek dan naar alternatieven: fitness programma voor thuis (hometrainer/ duo trainer/ roeiapparaat: zie onderstaand filmpje), wandelen, fietsen, etc.
Neem met de fysiotherapeut door welke adviezen voor u zinvol zijn
De fysiotherapeut maakt een oefenprogramma van de oefeningen die u thuis kan doen
Websites
Zie ook op deze site: decubitus / kwetsbare ouderen / vaatklachten benen / diabetesvoet / charcotvoet
Onderbouwing
KNGF-standaard Beweeginterventie diabetes mellitus type 2 (20-01-2010)
Noodzakelijke medische gegevens. Om een goede inschatting van de belastbaarheid van een patiënt met DM II en de risico’s van een beweeginterventie te kunnen maken, moet de fysiotherapeut kunnen beschikken over een aantal medische gegevens. Bij voorkeur worden hierover tevoren heldere afspraken gemaakt met de eerste- of tweedelijns zorgverleners. Het betreft hier actuele gegevens met betrekking tot: voorgeschiedenis wat betreft cardiovasculaire en orthopedische problematiek; duur van de diabetes; belangrijke complicaties van de diabetes; HbA1c en nuchtere glucose over het afgelopen jaar; stabiliteit van de bloedglucoseregulatie (met name bij patiënten die insuline gebruiken); bloeddruk; medicatiegebruik en, indien van toepassing, insulineschema’s; indien beschikbaar: resultaat van inspanning-ECG’s (inclusief Wmax, HFmax, bloeddrukrespons en hartfrequentieherstel). De patiënt dient er zo mogelijk zelf zorg voor te dragen dat er een maximale inspanningstest met ECG beschikbaar is. In de rapportage dienen de maximale belasting, maximale hartfrequentie, bloeddrukrespons, hartfrequentieherstel en eventueel aanvullende ademgasanalyse en VO2max-bepaling te worden vermeld). De patiënt kan deze gegevens achterhalen via de huisarts, bij een medisch specialist (cardioloog) of via een sportmedisch adviescentrum. Uit veiligheidsoverwegingen moet een aanvullend inspannings ECG worden afgenomen als: de diabetes bestaat meer dan 10 jaar; er heeft een cardiovasculaire event of interventie plaatsgevonden in de voorgeschiedenis (dotterbehandeling, hartinfarct, hartfalen of herseninfarct); er is sprake van inspanningsgerelateerde (disproportionele) kortademigheid of pijn in de kuiten; er is sprake van micro- of macroalbuminurie (> 30 mg/24 uur); er is sprake van retinopathie graad III of hoger; er zijn tekenen van cardiale autonome neuropathie (bijvoorbeeld orthostatische hypotensie); de fysiotherapeut heeft de intentie intensieve (interval)duurinspanning te geven (i.e. beweegactiviteiten > 6,0 MET’s, bijlage 9) er is sprake van een suboptimaal behandelde DM II (HbA1c > 7% en/of RR > 140/90 mmHg en/of bijwerkingen van de medicatie).
De intake. De intake (het eerste gesprek met de patiënt, waarbij de fysiotherapeut ook een aantal tests afneemt) kan alleen worden afgenomen door fysiotherapeuten die beschikken over specifieke kennis en competenties voor beweegprogramma’s bij patiënten met DM II. De intake kan ook als zelfstandig product worden aangeboden. Tijdens de intake beoordeelt de fysiotherapeut of de patiënt geïncludeerd kan worden in het beweegprogramma én of deelname aan de conditietest en andere tests verantwoord is, of dat de patiënt
moet worden geëxcludeerd. Hierbij worden de volgende in- en exclusiecriteria gehanteerd.
Inclusiecriteria: de diagnose DM is gesteld door een arts/specialist; noodzakelijke medische gegevens en noodzakelijke
instroomgegevens zijn beschikbaar; de patiënt voldoet niet aan de NNGB/combinorm; de patiënt is gemotiveerd voor een actieve leefstijl.
Exclusiecriteria: de patiënt voldoet niet aan de inclusiecriteria; er is sprake van positieve bevindingen op de Physical Activity Readiness Questionnaire (PAR-Q); er is sprake van comorbiditeit (die deelname aan een
beweegprogramma onmogelijk maakt); er is sprake van virale infectie of koorts, open wonden, ulcera of algehele malaise; er is sprake van cognitief disfunctioneren; de patiënt lijdt aan cachexie.
Daarnaast dient er in de intake aandacht te worden besteed aan mogelijke contra-indicaties voor krachttraining: abnormale schommelingen in de bloeddruk en zuurstofgebrek van de hartspier tijdens aerobe inspanning, een slechte linkerhartkamerfunctie
(ejectiefractie < 30 procent), pijn op de borst in rust, acuut hartfalen, maligne hypertensie, niet-gecontroleerde ritmestoornissen en
ernstige stoornissen van aortavernauwing en -verwijding.
De specifiek op DM II gerichte intake bestaat uit: een analyse van de motivatie en eventuele beperkingen voor deelname aan een beweeginterventie; contra-indicaties voor intensievere vormen van beweeginterventies; een analyse van het bewegingspatroon, eerdere ervaringen en de verwachtingen van de patiënt; inventarisatie van de kennis die de patiënt heeft over diabetes
en met name over de invloed van beweging op de bloedglucoseregulatie; het al dan niet verrichten van zelfcontrole van de bloedglucose door de patiënt; het vermogen van de patiënt om een hypoglykemie te herkennen en kennis over de acties die ondernomen moeten worden om hypoglykemie te voorkomen en te behandelen (afstemming
voeding vs. bewegen); het afnemen van tests ter bepaling van kracht, gezondheid en
uithoudingsvermogen: fitheidstests om de belastbaarheid van de patiënt te testen; krachttests; het meten van gezondheidsparameters: BMI en buikomvang.
Richtlijnen preventie hypoglykemie bij sport.
Duur en type inspanning: 30 minuten lichte inspanning
Glucosewaarde voor aanvang: < 5 mmol/l, extra koolhydraten: 10-15 g
Glucosewaarde voor aanvang: > 5 mmol/l, extra koolhydraten: geen
Duur en type inspanning: 30-60 minuten matige inspanning
Glucosewaarde voor aanvang: < 5 mmol/l, extra koolhydraten: 30-45 g
Glucosewaarde voor aanvang: 5-10 mmol/l, extra koolhydraten: 15 g
Glucosewaarde voor aanvang: 10-16 mmol/l, extra koolhydraten: geen
Duur en type inspanning: 60 minuten matige inspanning
Glucosewaarde voor aanvang: < 5 mmol/l, extra koolhydraten: 45 g
Glucosewaarde voor aanvang: 5-10 mmol/l, extra koolhydraten: 30-45 g
Glucosewaarde voor aanvang: 10-16 mmol/l, extra koolhydraten: 15g
NHG:
VU medisch centrum: Mensen met diabetes over sport, bewegen en ziekte
Fysio forum: Zoekopdracht diabetes
Minerva, Tijdschrift voor Evidence Based Medicine. Sporten verbetert de HbA1c bij patiënten met type 2-diabetes mellitus? (2011).
Een combinatie van aërobe training en weerstandstraining zorgt na zes tot negen maanden voor een geringe daling van HbA1c bij patiënten met type 2-diabetes.
Wanneer de training zich focust op één aspect (aëroob of weerstand) is het effect op HbA1c niet meer significant versus een controlegroep zonder training.
Neem met de fysiotherapeut door welke informatie voor u zinvol is