Onderstaande uitwerking is een aanvulling op de fysiotherapeutische behandeling: de fysiotherapeut (online of in de praktijk) geeft aan welke informatie, adviezen en oefeningen voor u van belang zijn.
Zie boven linker hand: links handrug en rechts handpalm. In rood buigpezen, en ronde stip mogelijke locatie haperende vinger
In het kort
Andere benaming: Haperende vinger of hokkende vinger of knappende vinger of triggerfinger
Bij elke vinger en duim lopen aan de handpalmzijde een oppervlakkige en een diepe buigpees, die worden omgeven door een gezamenlijke buigpees koker.
Door een verdikking in de pees ontstaat hapering of loopt de pees vast (vinger blijft in gebogen stand)
Oorzaak is meestal onbekend. Mogelijke oorzaken zijn overbelasting, onderliggende ziekte (reuma, diabetes), ouderdom
Klachten kunnen vanzelf verdwijnen
Als klachten blijven is een spalk, een injectie of operatie een optie
De fysiotherapeut geeft door uitleg, adviezen en oefeningen ondersteuning aan het herstel
Zo nodig kijken welke hulpverlener zinvol is als klachten blijven of erger worden
Andere benaming: snapping finger of hokkende vinger of knappende vinger of triggerfinger of springvinger of knipmesvinger of buigpeesletsel vinger
Anatomie
Bij elke vinger en duim lopen aan de handpalmzijde van de hand twee (buig)pezen: een oppervlakkige en een diepe buigpees (de oppervlakkige pees loopt over de diepe pees). Beide pezen worden in de vinger omgeven door een gezamenlijke buigpees koker. Om de vinger en duim goed te kunnen buigen, is het belangrijk dat beide pezen gemakkelijk ten opzichte van elkaar bewegen en dat zij soepel door de buigpees koker glijden
Zie google afbeeldingen: haperende vinger. Neem met de fysiotherapeut door welke afbeeldingen voor u relevant zijn.
Zie aanvullende informatie 2.6
Bij een haperende vinger/ duim is er sprake van
Een ontstekingsreactie van de buigpees of de peesschede (de koker waar de pees doorheen glijdt) van een vinger / duim.
Door de ontsteking ontstaat er een verdikking in de pees, waardoor deze niet meer soepel (= hapering) door de peesschede glijdt
Pees kan vastlopen, waarbij de vinger moet worden geholpen zich te strekken.
De ringvinger, middelvinger en duim zijn het vaakst aangedaan
Er kunnen meer vingers tegelijk zijn aangedaan, en soms vingers van beide handen.
Meestal is een specialistische ingreep noodzakelijk om de beweeglijkheid van de vinger in stand te houden, zie verder bij 'behandelaars'
Voor uitgebreide en algemene informatie tav een peesklacht, zie het onderwerp 'spierpeesklacht' op deze site
Neem met de fysiotherapeut door welke informatie voor u zinvol is
Meestal onbekend
Een triggervinger komt vaker voor bij
Kinderen onder de 6 jaar
Vrouwen
Mensen tussen de 40 en 70 jaar;
Mensen met diabetes mellitus, reumatoïde artritis, te langzame schildklierwerking of jicht (dan ook lastiger behandelbaar)
Mensen die bijvoorbeeld veel op een toetsenbord werken of pianospelen
Overbelasting (druk op de buigpees van de vinger / duim) door werk (bijvoorbeeld veel knippen), hobby of sport
Neem de oorzaak van uw klachten met de fysiotherapeut door
Niet vloeiend verlopende buiging en strekking van de vinger
Voelbare ‘tik’ in de handpalm
Meer last in de ochtend na een nacht slapen
Vinger kan in gebogen positie vast komen te zitten en vervolgens met een klik weer recht schieten
Neem de verschijnselen die bij u aanwezig zijn met de fysiotherapeut door
De eigen fysiotherapeut geeft aan welke informatie, adviezen en oefeningen zinvol zijn, zie verder. Meestal zijn 2 - 4 behandelingen voldoende.
Eerste behandeling: uitleg klachtenbeeld, informatie over behandelplan en eerste adviezen oefeningen
Tweede behandeling: Oefeningen en adviezen doornemen (e.v.t een opname hiervan maken die thuis bekeken kan worden)
Behandeling 3: Oefeningen doornemen en kijken of ze goed uitgevoerd worden
Behandeling 4 enige tijd na behandeling 3: evalueren stand van zaken.
Zo nodig nog 2 (of meer) behandelingen plannen. Eea is afhankelijk van uitgebreidheid blessure, het herstel, het oppakken van adviezen oefeningen en van de eventueel aanwezige 'bewegingsangst'
Spalken: geen bewezen effect. Zie aanvullende informatie 1.1
Injectie (verdoving en ontstekingsremmers) als er sprake is van lichte klachten. Maximaal 2 maal doen. Bij haperende vinger is aangetoond dat een injectie zinvol is (bij diabetici minder!). Meestal alleen kortdurend effect. Zie aanvullende informatie 1.1 en 2.1 en 2.2
Doorverwijzen: (hand)fysiotherapeut / orthopeed als klachten erger worden, regelmatig terugkomen of aanwezig blijven ondanks de adviezen, oefeningen of andere behandelingen
Specialist, orthopeed
Operatie
Een kleine poliklinische operatie bij veel klachten en/of bij klachten langer dan 6 maanden. Niet altijd effectief. Zie aanvullende informatie 1.1 en 1.3
Neem met de fysiotherapeut door welke hulpverleners een aanvulling kunnen zijn op de behandeling
Algemeen
Oorzaak doornemen waardoor de klachten ontstaan zijn en deze vermijden/ alternatieven zoeken
Rust (eventueel spalk of tape)
Pijn verminderen / ontspannen
Door middel van koude pakking (tien minuten, doekje tussen pakking en huid, twintig minuten tussen elke koudebehandeling) op de geïrriteerde pezen de pijn dempen. Zie 'hulpmiddelen' op deze site en kijk bij 'spieren'. Zie ook onder afbeelding van 'bol.com' bij'coldpack'.
Bij operatie volg richtlijn specialist.
Eerste 48 uur hand in drukverband omhoog houden in mitella
Daarna 2 weken een elastische kous
Geen zware dingen tillen met geopereerde hand gedurende zes weken na de operatie.
Na een operatieve ingreep vaak (elke 30 minuten) en kort (1-2 minuten) oefeningen doen om pees in peesschede los te houden.
Het kan enkele maanden duren voordat stevig grijpen geen last meer geeft.
Neem met de fysiotherapeut door welke adviezen voor u zinvol zijn
Punten die van belang zijn bij deze klacht
Oefeningen vnl zinvol na operatie
Volg altijd richtlijn specialist.
Losmaakoefeningen en peesglijoefeningen om vingergewrichtjes en pezen los te maken/houden na ingreep
Rekoefeningen en krachtoefeningen na ingreep
Zie onder mogelijk basis oefenprogramma bij deze klacht en zie bijbehorende videowaarin de meeste van onderstaande oefeningen in voorkomen. Onderstaande video's komen van website 'xpertclinic' en 'rehab my patient', tenzij anders vermeld
Losmaakoefeningen / lig of zit of stand / elleboog licht gebogen / beweging eventueel ondersteunen met andere hand
Vuist maken met vingers en duim en strekken vingers en duim
Peesglijden vingers, maximale beweging: Elleboog op tafel, hand en vingers gestrekt, vingers buigen (vuist maken) en pols buigen, daarna pols strekken en vingers maximaal strekken.
vingers buigen, vingers strekken maximaal en daarna vingers spreiden
Gehoekte (of gehaakte) vuist maken: vingers buigen in eerste en tweede kootje
vingers buigen in eerste en tweede kootje, en daarna vingers strekken
vingers buigen in eerste en tweede kootje, en vingers naar achteren bewegen (toppen goed gebogen houden)
Dakje: vingers buigen in derde kootje
vingers buigen in derde kootje en en vingers strekken
vingers buigen in derde kootje en vingers buigen en strekken
Platte vuist: vingers buigen in tweede en derde kootje
vingers buigen in tweede en derde kootje en vingers weer strekken
Rekoefeningen / lig of zit of stand / elleboog licht gebogen en pols in neutrale positie
Buigen vingers in hoekvuist: Gehoekte (of gehaakte) vuist maken (vingers buigen in eerste en tweede kootje), houd uiterste stand even aan en beweeg terug (rekken middenhand buigspieren).
Buigen vinger(s) (eventueel ondersteunen met andere hand), houd uiterste stand even aan en beweeg terug (rekken strekspieren vingers)
Strekken vinger(s) (eventueel ondersteunen met andere hand), houd uiterste stand even aan en beweeg terug (rekken buigspieren vingers)
Kracht- en stabiliteitsoefeningen / oefening zo mogelijk verzwaren met gewichtje (flesje) of elastiek of klei of andere hand of handknijper
Conclusie: Lokale corticosteroïdinjecties door de huisarts zijn op korte termijn zeer effectief tegen carpaletunnelsyndroom, trigger finger en tendovaginitis van De Quervain. Op langere termijn beklijft het effect bij trigger finger en tendovaginitis beter dan bij het carpaletunnelsyndroom.