Onderstaande uitwerking is een aanvulling op de fysiotherapeutische behandeling: de fysiotherapeut (online of in de praktijk) geeft aan welke informatie, adviezen en oefeningen voor u van belang zijn.
Zie boven afbeelding voorzijde rechter schoudergordel, in rood bandje rond SC gewricht die betrokken zijn bij een SC luxatie
In het kort
Andere benaming: Verstuiking of verzwikking thv het SC gewricht
De schoudergordel wordt gevormd door de bovenarm, het schouderblad en het sleutelbeen. Deze botdelen vormen de volgende gewrichten: het schoudergewricht, het AC gewricht en het SC gewricht.
Bij een luxatie vind er een zijwaartse en/of een draaibeweging plaats in het SC gewricht
Oorzaak kan een trauma zijn of een verdraaiing door een onverwachtse beweging
De banden rond het SC gewricht rekken dan uit of scheuren in
Ook het kraakbeen, pezen of bot kunnen aangedaan zijn
U heeft pijn en het SC gewricht wordt dik. Koelen is dan een optie
Probeer na ongeveer een half uur of bewegen weer gaat.
Een röntgenfoto kan nodig zijn om te kijken of er sprake is van een botbreuk
Een verzwikking van een SC gewricht geneest meestal vanzelf.
Tape of een brace of een mitella kan ondersteuning bieden
Is de pijn en zwelling na 1 week nog niet minder en is beweging niet mogelijk, laat dan uw huisarts of fysiotherapeut ernaar kijken.
Herstel kan lang duren: nog maanden na een verzwikking kan het gewricht dik en pijnlijk zijn na intensief belasten
De fysiotherapeut kan door uitleg, adviezen en oefeningen het herstel ondersteunen
Algemene informatie
Andere benaming: of verzwikking Sterno Claviculaire (SC) gewricht of SC ontwrichting of SC letsel
Anatomie
De schoudergordel wordt gevormd door de bovenarm (humerus), het schouderblad (scapula) en het sleutelbeen (clavicula). Deze botdelen vormen de volgende gewrichten: het schoudergewricht, het AC gewricht en het SC gewricht.
Het schoudergewricht is samengesteld uit de kop van de bovenarm (caput humerale), de kom van het schouderblad (cavitas glenoidale) en de kraakbeenring om de kom (labrum). Om de uiteinden van de botten zit kraakbeen en rond het gewricht zit het gewrichtskapsel. Binnen het kapsel zit gewrichtsvocht. Langs het schouder gewricht lopen banden, zenuwen en spieren (en pezen van spieren), met daartussen een slijmbeurs.
Het AC gewricht wordt gevormd door het buitenste uiteinde van het sleutelbeen (clavicula) en het dak van het schouderblad (acromion). Rond het AC gewricht lopen bandjes, lopen er spieren en ligt het gewrichtskapsel met gewrichtsvocht. In het AC gewricht zit een discus (of meniscus).
Het Sacro Claviculaire (SC) gewricht wordt gevormd door het binnenste uiteinde van het sleutelbeen en het borstbeen.
Zie afbeeldingen google: Anatomie schouder. Neem met de fysiotherapeut door welke afbeeldingen voor u relevant zijn.
Mogelijke structuren die aangedaan zijn: kapsel, banden, bot en discus
Luxatie kan onderverdeeld worden in
Graad 1: Lichte over rekking van de banden, er zijn dan enkele vezels van de band ingescheurd
Graad 2: Het letsel is ernstiger, de band is volledig afgescheurd
Graad 3: Meerdere banden zijn afgescheurd
Luxatie thv SC gewricht komt maar weinig voor
Blessures aan banden en kraakbeen vragen vaak om lang herstel
Sporten waar deze blessure voorkomt: motorcross / fietsen / judo
Voor uitgebreide en algemene informatie tav een verzwikking, zie het onderwerp 'verzwikking' op deze site
Neem met de fysiotherapeut door welke informatie voor u zinvol is
Val op schouder of arm
Klap of druk op sleutelbeen
Neem de oorzaak van uw klachten met de fysiotherapeut door
Pijn
Bij druk op SC gewricht
Bij het liggen op de aangedane schouder
Bij beweging arm naar tegenoverliggende schouder en/of pijn bij heffen arm en/of pijn bij achterwaartse bewegingen
Zwelling rond SC gewricht
Gevoel van instabiliteit
Bloeduitstorting (doordat kleine bloedvaatjes kapot gegaan zijn) rond of onder het betreffende gewricht
Kortademigheid, tintelingen, slikstoornissen
Neem de verschijnselen die bij u aanwezig zijn met de fysiotherapeut door
Fysiotherapeut
De eigen fysiotherapeut geeft aan welke informatie, adviezen en oefeningen zinvol zijn, zie verder. Meestal zijn 4 - 6 behandelingen voldoende. Tijd is de belangrijkste factor bij herstel van de aangedane structuren. Fysiotherapie is van belang om de voorwaarden van het natuurlijke herstel te optimaliseren.
Eerste behandeling: diagnose stellen, uitleg klachtenbeeld, informatie over behandelplan en als er nog tijd is aantal adviezen oefeningen
Tweede behandeling: Oefeningen en adviezen doornemen (e.v.t een opname hiervan maken die thuis bekeken kan worden)
Behandeling 3: Oefeningen doornemen en kijken of ze goed uitgevoerd worden
Behandeling 4 enige tijd na behandeling 3: evalueren stand van zaken.
Zo nodig nog 2 (of meer) behandelingen plannen. Eea is afhankelijk van uitgebreidheid blessure, het herstel, het oppakken adviezen en oefeningen en de 'bewegingsangst'
Huisarts
Medicatie: Pijndemper / ontstekingsremmer
Doorverwijzen: fysiotherapeut, orthopeed als verzwikkingen blijven plaatsvinden ondanks adviezen en oefeningen
Specialist (orthopeed) bij uitgebreide inscheuring banden, botbreuk
Onderzoek: CT scan. Zie ook startpuntradiologie.nl: schouder
Operatie: repositie sleutelbeen
Neem met de fysiotherapeut door welke hulpverleners een aanvulling kunnen zijn op de behandeling
Algemeen
Arm ongeveer een week in mitella / draagband. Zie 'hulpmiddelen' op deze site en kijk bij 'arm'. Zie bol.com: schouderbrace en mitella
Eerste 2 weken na blessure bewegen binnen pijngrens
Week 3 na blessure bewegingen opbouwen naar uiterste bewegingen
Schouder en nek in beweging houden, maar voorkom overbelasting
Maak gebruik van een krukje of trapje bij bewegingen boven de 90 graden
Het dragen van zwaardere lasten moet 6 weken vermeden worden.
Ontspannen / pijndempen
Zelfmassage, zie 'oefeningen divers' en kijk bij massage/schouder%2Barm. Neem dit door met de eigen fysiotherapeut zodat die kan aangeven welke technieken voor u zinvol zijn, met welke intensiteit u het kan doen en waar u op moet letten. Zie massage wat u zelf kan doen: video massage nek en schouder. Zie bol.com: massage apparaten ( foamrol ) // massageolie
Losmaakoefeningen, zie verder bij oefeningen
Ontspannen slaaphouding voor schouder: zijlig op niet aangedane schouder en aangedane arm op kussen. Zie video op website 'rehab my patient'
Warmtepakking op nek- en schouderspieren (met fysiotherapeut doornemen waar en wanneer). Zie bol.com: hot/coldpack
Koude pakking op het SC gewricht (tien minuten, doekje tussen pakking en huid, twintig minuten tussen elke koudebehandeling). Belangrijkste doel van de koude is pijndemping (ook dus mogelijk om bij veel pijn gedurende de dagen na de verzwikking toe te passen). Zie website 'rehab my patient': koudepakking op schouder (nu op SC gewricht leggen). Zie bol.com: hot/coldpack
Mogelijk protocol bij operatie
Volg het protocol van de specialist.
2 tot 3 weken arm in een mitella/draagband en pendeloefeningen doen om het schoudergewricht soepel te houden.
Na 3 weken dagelijkse activiteiten hervatten.
Sporten / bewegen
Bij sporten waar een val op de schouder kan voorkomen (paardrijden, wielrennen): leren hoe je het beste kan vallen (doornemen met uw trainer of fysiotherapeut).
Sporten eventueel na 3 maanden. Eea afhankelijk van soort sport, niveau waarop sport gedaan wordt en uitgebreidheid klachten
Kijk samen met de fysiotherapeut welke activiteit nog mogelijk is
Houdingsgevoeloefeningen / onderstaande oefeningen uitvoeren in zit of stand
Schouderblad stabiliseren (schouderbladen aantrekken: naar elkaar toe en naar beneden) en arm verschillende richtingen op bewegen onder schouderhoogte.
Losmaakoefeningen / onderstaande oefeningen uitvoeren in lig of zit of stand / bij elke oefening eerst stabiliseren schouderblad
Sport/ werk specifiek oefenprogramma maken: opbouwen in snelheid bewegingen en in zwaarte.
Oefenprogramma van fysiotherapeut ondersteunen met enkele keren in de week trainen (bijvoorbeeld in een fitnesscentrum of joggen)
Juiste techniek sport die gedaan wordt of werk (bijvoorbeeld tiltechniek) doornemen met de sporttrainer of fysiotherapeut. De techniek moet erop gericht zijn in eerste instantie de uiterste grens van de belastbaarheid te vermijden. In sommige gevallen kan dit ten koste gaan van de geleverde prestatie
Mogelijk opbouw
Het ‘droog’ trainen van activiteit: eerst voorzichtig in ‘slow motion’ en later, als het goed gaat, sneller. De uitvoering mag geen pijn doen.
Uiteindelijk meer sportspecifiek (of werkspecifiek) trainen. Men mag daarbij pas voluit gaan als men zonder enig probleem een tijdje rustig de betreffende activiteit/beweging kan doen. Heel geleidelijk de belasting op te voeren
Voor extra oefeningen en algemene informatie bij oefeningen
Voor mogelijk trainingsschema, zie het onderwerp 'trainen' op deze site.
De fysiotherapeut kan (als zowel de fysiotherapeut en de patiënt er achter staan!) een opname maken van de oefeningen die voor u van belang zijn (met telefoon van fysiotherapeut en mailen of met telefoon/ ipad van patiënt), zodat u thuis dit terug kan zien)
Neem met de fysiotherapeut door welke activiteit/sport u het beste weer kan doen. Rustig opbouwen van dagelijkse activiteiten is belangrijkste oefening (= functioneel oefenen/ trainen). Accent leggen op trekken (b.v deur openen, tas dragen), duwen (b.v hand in zitting bank duwen) en steunen (handen gebruiken bij opstaan stoel). Met fysiotherapeut dit doornemen en werksituaties doornemen: goede uitvoering).
De fysiotherapeut geeft aan welke oefeningen voor u zinvol zijn.
Posterieure sternoclaviculaire luxatie is een zeldzame doch potentieel gevaarlijke aandoening.
Door nauwkeurig naleven van ATLS-protocollen kan een luxatie mogelijk eerder worden opgespoord.
Bij het vermoeden van een sternoclaviculaire luxatie moet men bij voorkeur een CT-scan laten maken.
Gesloten of open repositie van de clavicula dient onder gecontroleerde omstandigheden plaats te vinden, bij voorkeur in een operatiekamer, mede vanwege de kans op schade aan nabijgelegen vaten.
Sternoclaviculaire luxatie (1994). Conclusie: In het acute stadium van een traumatische sternoclaviculaire luxatie naar voren of naar achteren is het in eerste instantie aan te bevelen een conservatief beleid te voeren in de vorm van gesloten repositie onder narcose en immobilisatie. Bij een niet te reponeren of recidiverend, naar achter luxerend sternoclaviculair gewricht, dient men onmiddellijk operatieve repositie en stabilisatie te verrichten.
Bij posttraumatische chronische of recidiverende luxatie van het sternoclaviculaire gewricht of bij chronische of recidiverende luxatie op basis van een constitutionele laxiteit van het kapsel zijn de intensiteit van de klachten en de vraag of de patiënt in staat is zijn normale werkzaamheden uit te voeren, bepalend voor de vraag of operatief ingrijpen geïndiceerd is. Een van de mogelijkheden bij dergelijke symptomatische chronische of recidiverende luxaties is een ligamentaire reconstructie met behulp van de M. palmaris longus-pees.
Resectie van het mediale deel van de clavicula dient naar onze mening niet meer verricht te worden, gezien de slechte resultaten bij met name patiënten met een zwaar beroep of bij actieve sporters.
Oefeningen
Sportspecifiekeoefeningen
Bij sporten, sportspecifiek oefenprogramma maken: opbouwen in snelheid bewegingen en in zwaarte. Zware bovenhandse sportactiviteiten kunnen een een risico blijven. Neem uitgevoerde techniek zo nodig door met trainer of fysiotherapeut.
Oefenprogramma van fysiothetapeut ondersteunen met enkele keren in de week trainen in een fitnesscentrum
Juiste techniek: bijvoorbeeld bij gooien, smashen en zwemmen. De techniek moet erop gericht zijn de uiterste grens van de belastbaarheid te vermijden. In sommige gevallen kan dit ten koste gaan van de geleverde prestatie
Mogelijk opbouw
Het ‘droog’ trainen: werpbeweging zonder racket of bal, eerst voorzichtig in ‘slow motion’ en later, als het goed gaat, sneller. De uitvoering mag geen pijn doen.
Het maken van een ‘ingooi’ met een bal zoals dit bij voetballen wordt gedaan, de ellebogen zijn daarbij naar voren gericht. Omdat beide handen de bal vasthouden wordt de worp boven het hoofd uitgevoerd.
Het gooien van een bal (of balletje) met één hand terwijl ook de andere hand de bal aanraakt tijdens de worp. De gooiende hand wordt hiermee gedwongen dicht bij het hoofd te blijven zodat de lastarm niet te groot wordt.
Tennisballetjes gooien tegen een muur, steeds lettend op de juiste techniek.
Uiteindelijk meer sportspecifiek trainen, indien van toepassing, met een racket. Men mag daarbij pas voluit gaan als men zonder enig probleem een tijdje rustig kan overgooien of -slaan. Heel geleidelijk de belasting op te voeren
Neem met de fysiotherapeut door welke informatie voor u zinvol is