Onderstaande uitwerking is een aanvulling op de fysiotherapeutische behandeling: de fysiotherapeut (online of in de praktijk) geeft aan welke informatie, adviezen en oefeningen voor u van belang zijn.
Zie boven afbeelding voorzijde rechter onderbeen, in rood irritatie gebied bij 'klacht voorzijde onderbeen'
Andere benaming: springschenen of Mediaal Tibiaal Stress Syndroom (MTSS) of scheenbeenirritatie of scheenbeenklachten
Vaak wordt de term shin splints gebruikt. Shin Splints is echter een verzamelwoord voor diverse klachten aan het onderbeen. Vormen van shin splint zijn springschenen (wordt hier besproken), tibiaal stress fractuur (zie onderbeenbotbreuk op deze site) en het compartimentsyndroom onderbeen (zie compartimentsyndroom onderbeen op deze site)
Anatomie
Voetbuigers (tenen naar onderen) van het onderbeen (voornamelijk diepe kuitspieren: m. soleus, m. flexor digitorum longus, tibialis posterior) zijn betrokken bij deze klacht
Zie google afbeeldingen:Springschenen.Neem met de fysiotherapeut door welke afbeeldingen voor u relevant zijn.
Door trekkrachten van spieren aan het scheenbeen (binnenzijde, onderste twee derde deel) irritatie van de aanhechting (pezen) ter hoogte van de binnenste laag van het onderste twee derde deel van het scheenbeenbot (tibia)
Komt veel voor bij hardlopers en sporten waarbij veel gesprongen wordt
Komt meer voor bij vrouwen
Soms kan deze klacht leiden tot een stressfractuur (zie onderbeenbotbreuk op deze site)
Achterhalen oorzaak is van belang, zie verder
Voor uitgebreide en algemene informatie tav een peesklacht, zie het onderwerp'spierpeesklacht' op deze site
Neem met de fysiotherapeut door welke informatie voor u zinvol is
Overbelasting: sport (bijvoorbeeld hardlopen).
Te veel of te lang sporten
Te snelle opbouw sport
Verkeerde loopschoenen
Kleine diameter (slanke opbouw) scheenbeen
Overpronatie voet (doorgezakte voet) / te weinig ondersteuning binnenzijde voet
O benen en daardoor meer pronatie voeten
Lopen met gespannen voeten (opgetrokken tenen)
Neem de oorzaak van uw klachten met de fysiotherapeut door
Meer pijn binnenzijde onderste twee derde deel onderbeen (= aanhechting diepe kuitspier) bij
Aanspannen diepe kuitspier (neerzetten of afzetten voet) of op rek brengen diepe kuitspier (trek op aangedane pees)
Op 1 been op tenen staan
Activiteiten en minder last in rust.
Zwelling thv onderste twee derde deel onderbeen
Neem de verschijnselen die bij u aanwezig zijn met de fysiotherapeut door
Fysiotherapeut
De eigen fysiotherapeut geeft aan welke informatie, adviezen en oefeningen zinvol zijn, zie verder. Meestal zijn 4 - 6 behandelingen voldoende. Tijd is de belangrijkste factor bij herstel van de aangedane structuren. Fysiotherapie is van belang om de voorwaarden van het natuurlijke herstel te optimaliseren.
Eerste behandeling: Diagnose stellen, uitleg klachtenbeeld, informatie over behandelplan en eerste adviezen oefeningen
Tweede behandeling: Oefeningen en adviezen doornemen (e.v.t een opname hiervan maken die thuis bekeken kan worden)
Behandeling 3: Oefeningen doornemen en kijken of ze goed uitgevoerd worden
Behandeling 4 enige tijd na behandeling 3: evalueren stand van zaken.
Zo nodig nog 2 (of meer: e.e.a afhankelijk van herstel) behandelingen plannen
Neem met de fysiotherapeut door welke hulpverleners een aanvulling kunnen zijn op de behandeling
Bij operatie: volg protocol specialist
Algemeen
Voorkom overbelastingssituaties, relatieve rust
Belasting aanpassen aan mogelijkheden. Gebruik bij veel pijn een loophulpmiddel (zie'hulpmiddelen' op deze site en kijk bij 'lopen').Zie bol.com: elleboogkrukken
Lichaamshoudingen die klacht oproepen vermijden.
Explosieve bewegingen vermijden
Bij schoeisel: zooltje bij doorgezakte voet om over pronatie (naar binnen zakken voet) te voorkomen
Onderzoeken sportmateriaal, sportomstandigheden, trainingsbelasting (frequentie, duur en intensiteit aanpassen, stoppen is vaak niet nodig) en techniek (zie aanvullende informatie 2.11 en 2.12)
Training op vlakke en zachte ondergrond
Doornemen looptechniek:
Een hardlooptechniek die meer op de mid-/ voorvoet gericht is kan de belasting van de tibia verminderen
Een goede warming-up en cooling-down (rustig starten met de sport die u gaat doen en rustig eindigen). Doe eventueel rekoefeningen
Beginnen op 50% van de eerdere trainingsintensiteit en afstand. De afstand of duur kan daarna gedurende drie tot zes weken met 10% per week verhoogd worden. De trainingsintensiteit mag pas verhoogd worden wanneer de afstand of duur voldoende uitgebreid is
Neem met de fysiotherapeut door welke adviezen voor u zinvol zijn
Variatie: tempo verhogen of bewegingsuitslag vergroten
Rekoefeningen
Lig
Ruglig en knieen gestrekt
Handdoek onder in knieholte (daardoor iets buiging in knie), grote handdoek om voet en uiteinden handdoek in handen houden, voet optrekken (voetrug richting onderbeen), houd even uiterste stand aan en beweeg terug. (rekken korte kuitspier)
Zit
Hak op grond en knie licht gebogen, trek voet op (eventueel beweging ondersteunen met handdoek), houd even uiterste stand aan en beweeg terug (rekken korte kuitspier)
Ga met de voorzijde van de beide voeten op de rand van de trede van een trap staan met de hakken laag, en gebruik de trapleuning voor steun. Ga op de tenen staan en zak daarna weer langzaam terug naar de beginpositie. Houd de knieen tijdens de oefening iets gebogen gestrekt (excentrisch korte kuitspieren): Excentrische kuitspieroefening (korte) in stand op rand traptrede
Variatie: Ga op tenen staan, trek voet niet aangedane been op en zak met hak aangedane been.
Spreistand en knieen licht gebogen, op tenen gaan staan, 1 knie optrekken, met andere voet van tenenstand naar voet plat op vloer en andere voet er weer naast zetten (excentisch korte kuitspieren)
De fysiotherapeut kan (als zowel de fysiotherapeut en de patiënt er achter staan!) een opname maken van de oefeningen die voor u van belang zijn (met telefoon van fysiotherapeut en mailen of met telefoon/ ipad van patiënt), zodat u thuis dit terug kan zien)
Als het mogelijk is functioneel oefenen/trainen ( = traplopen, opstaan en gaan zitten, wandelen, hometrainer, tuinieren, fietsen, stofzuigen, sport doornemen die gedaan wordt 'droog oefenen' zoals bijvoorbeeld tennis bewegingen met racket doornemen in oefenzaal) omdat dit aansluit bij het normale gebruik spieren en gewrichten
De fysiotherapeut geeft aan welke oefeningen voor u geschikt zijn
Conclusie: Bij de behandeling van patiënten met MTSS toont ESWT veelbelovende resultaten. Een onderbeenorthese bleek niet effectief. De onderzoeken naar inlegzolen waren van verwaarloosbare methodologische kwaliteit waardoor hier geen conclusies aan te verbinden zijn. Vanwege de methodologische beperkingen van de besproken studies moet de conclusie bevestigd worden door middel van kwalitatief betere onderzoeken. Aanbevolen wordt een gerandomiseerd gecontroleerd onderzoek bij een voldoende grote populatie, waarbij verschillende interventiegroepen worden vergeleleken, met relatieve rust als controlegroep.
Boek: Onderzoek en behandeling van spieraandoeningen en kuitpijn H4 ( Mediaal tibiaal stresssyndroom) en 4a (Addendum Mediaal tibiaal stresssyndroom), Koos van Nugteren
Fysiotherapeutische behandelmethoden in de zin van braces, ijs, elektrostimulatie, iontoforese, massage en ultrageluid hebben waarschijnlijk geen zin; voor de effectiviteit hiervan bestaat geen wetenschappelijk bewijs.
Boek, onderzoek en behandeling van sportblessures van de onderste extremiteit, H13. Lokale pijn en zwelling van de tibia bij een 32-jarige marathonloper, Koos van Nugteren
Zie boek 'onderzoek en behandeling van peesaandoeningen, Koos van Nugteren en Dos Winkel' , 2006, blz 55 en 56)
Uit onderzoek komen positieve resultaten t.a.v excentrische oefeningen bij achillespeesklachten, patella peesklachten en extensor carpi radialis brevis (ECRB) peesklachten. Voor andere peesklachten is het advies om excentrische oefeningen te doen, ondanks het feit dat daar geen onderzoeksresultaten voor zijn.
Conclusions These findings demonstrate that the development of MTSS is multifactorial, with passive range of motion, muscle strength, plantar pressure distributions, and both proximal and distal kinematics all playing a role. We suggest that coaches or sports medicine professionals screening runners for injury risk consider adopting a comprehensive evaluation which includes all these areas.
Bij twijfel diagnose denken aan
Botbreuk onderbeen: Stress fractuur. Een stressfractuur geeft in vergelijking met MTSS een veel lokalere pijnklacht. De kern van de klacht is met 1 vinger te provoceren op de tibia.