Groeischijf: Klacht onderkant knieschijf bij jongeren
Onderstaande uitwerking is een aanvulling op de fysiotherapeutische behandeling: de fysiotherapeut (online of in de praktijk) geeft aan welke informatie, adviezen en oefeningen voor u van belang zijn.
Zie boven overbelasting thv groeischijf aan onderzijde knieschijf
In het kort
Andere benaming: Osgood Schlatter
Bij Osgood Schlatter is er sprake van overbelasting door trek van pees thv de groeischijf aan onderzijde knieschijf
Overbelasting door o.a veel lichamelijke activiteit
Leeftijd: Jongeren
Klachten kunnen aanwezig zijn van een paar maanden tot enkele jaren
Soort klachten: scherpe pijn
Klachten kunnen terugkomen als na een periode van rust weer met sporten begonnen wordt.
Gaat meestal vanzelf over: de klachten verdwijnen zodra de groeischijf volledig verbeend is.
De fysiotherapeut kan uitleg, adviezen en oefeningen geven
De bovenbeenspier (quadricepsspier) loopt uit in de knieschijf en de knieschijfpees. Deze knieschijfpees hecht vast aan de voorzijde van het onderbeen (= locatie groeischijf).
De groeischijf bestaat uit kraakbeen cellen, die zachter en gevoeliger voor overbelasting zijn dan volwassen bot. Bij een kind groeien de botten vanuit zo genaamde groeischijven.
Zie google afbeeldingen:Osgood schlatter. Neem met de fysiotherapeut door welke afbeeldingen voor u relevant zijn.
Bij Osgood Schlatter is er sprake van een overbelasting bij de groeischijf van het onderbeen (onder knieschijf, op het onderbeen).
Leeftijd waarin klachten kunnen ontstaan: tussen 8-16 jaar
Komt evenveel voor bij jongens als bij meisjes
Klachten kunnen aanwezig zijn van een paar maanden (bij geringe klachten) tot meer dan een jaar (bij veel klachten)
10-20 procent van jeugdige sporters krijgt te maken met deze aandoening.
20-30 procent van de jongeren met deze klacht hebben klachten aan beide knieën
Sporten waar deze klacht vaak voorkomt zijn voetbal/ basketbal/ volleybal (veel sprinten/ springen).
Inzicht in Osgood Schlatter is erg belangrijk in verband met de duur van de klachten en het dringende advies om pijnvrij te bewegen / te sporten (anders gevaar van zgn. avulsie fractuur: losraken van stukje bot thv. groeikern)
Osgood Schlatter is een ‘self – limiting disease’, dus gaat meestal vanzelf over (als periode groei stopt) . De fysiotherapeut geeft handvatten om in de periode met klachten de voorwaarden voor herstel zo optimaal mogelijk te maken. Een probleem is dat de ‘aandoening’ gemakkelijk terugkomt als, na een periode van rust, weer begonnen wordt met sporten. Soms duurt het anderhalf jaar voordat de klacht definitief verdwijnt. In deze periode worden sport en rust meestal afgewisseld.
Op latere leeftijd meer kans op 'springers knie' (zie 'springers knie' op deze site)
Als restverschijnsel na een doorgemaakte 'Osgood Schlatter' kan thv groeischijf een verdikking van het bot aanwezig blijven
Voor algemene en uitgebreide informatie over groeischijfklachten, zie het onderwerp 'groeischijfklacht' op deze site
Neem met de fysiotherapeut door welke informatie voor u zinvol is
Overbelasting aanhechting onder knieschijf door
Activiteiten die overbelasting kunnen geven: Doornemen met fysiotherapeut
Intensief sporten in groeifase (vooral sporten met explosieve bewegingen: voetbal, basketbal, volleybal en sprinten).
Neem de oorzaak van uw klachten met de fysiotherapeut door
Pijn bij
Druk op onderbeen onder de knieschijf (knobbel onder de knieschijf aan de voorzijde van het onderbeen): Kruipen of directe druk met vingers
Strekken knie onder weerstand
Inspanning: Traplopen, sporten
Hurken
Test (decline squattest): staan op aangedane been (andere been/ knie optrekken), onder hak een boek (voet in 25 graden hoek) en dan iets doorbuigen in knie. Zie aanvullende informatie 2.3.3
Bij meer/ langer bestaande klachten constant last
Ontstekingsverschijnselen bij aanhechting kniepees (bij onderbeen onder knieschijf: rood/ pijn/ zwelling)
Klachtenpatroon: intensiteit van de klachten hebben vaak een golvend patroon
Vaak verkorte achter bovenbeen spieren
Neem de verschijnselen die bij u aanwezig zijn met de fysiotherapeut door
Fysiotherapeut. Zie ook website 'fysiotherapieinformatie': Osgood Schlatter
De eigen fysiotherapeut geeft aan welke informatie, adviezen en oefeningen zinvol zijn, zie verder. Meestal zijn 4 - 6 behandelingen voldoende. Tijd is de belangrijkste factor bij herstel van de aangedane structuren. Fysiotherapie is van belang om de voorwaarden van het natuurlijke herstel te optimaliseren. Uit onderzoek is gebleken dat Osgood-Schlatter moeizaam te behandelen is. Behandelingen die tot doel hebben om het herstel te versnellen hebben amper kunnen overtuigen. Het is het vooral belangrijk om voldoende rust te nemen en te vertrouwen op het natuurlijk herstelproces. De therapie bestaat vooral uit adviezen, lichte oefeningen en symptoombestrijding zoals het gebruik van een patellabandje, het innemen van pijnstillers en het koelen met ijsblokjes. Zie ook aanvullende informatie 2.10
Eerste behandeling: Diagnose stellen, uitleg klachtenbeeld, informatie over behandelplan en eerste adviezen oefeningen
Tweede behandeling: Oefeningen en adviezen doornemen (e.v.t een opname hiervan maken die thuis bekeken kan worden)
Behandeling 3: Oefeningen doornemen en kijken of ze goed uitgevoerd worden
Behandeling 4 enige tijd na behandeling 3: evalueren stand van zaken.
Zo nodig nog 2 (of meer: e.e.a afhankelijk van herstel) behandelingen plannen
Doorverwijzen: onderzoek (röntgen bij twijfel diagnose) / fysiotherapeut / orthopeed als klachten lang aanwezig blijven, erger worden of regelmatig terugkomen
Orthopeed:
Onderzoek: rontgen / MRI. Zie ook startpuntradiologie.nl: knie
Immobiliseren (gips) eventueel bij veel pijnklachten
Operatie bij avulsie fractuur (loslaten botdeeltje) of bij niet herstellen botweefsel.
Podolood: Aanmeten steunzolen
Neem met de fysiotherapeut door welke hulpverleners een aanvulling kunnen zijn op de behandeling
Algemeen
Relatieve rust:
Meestal minder klachten als 3 maanden geen activiteiten uitgevoerd worden die pijn veroorzaken
Belasting aanpassen aan mogelijkheden: periode minder intensief sporten
Bij veel pijn loophulpmiddelen / of brace (patellabandje) gebruiken: zie onderwerp 'hulpmiddelen'op deze site, kijk bij 'lopen' en 'ondersteuning'. Neem met de fysiotherapeut door welk loophulpmiddel en welke ondersteuning voor het gewricht nodig is. Zie filmpje en onderstaande afbeelding van website 'samenbeterthuis.nl. Zie bol.com: elleboogkrukken
Kijken naar activiteiten die wel pijnvrij gedaan kunnen worden: actief blijven is goed! Een patellabandje kan (uitproberen, bij geen effect stoppen) de trek bij aanhechting verminderen: aanbrengen onder de knieschijf, midden op de pees. Met dit bandje niet intensiever sporten en niet constant omhouden!
Pijn verminderen / ontspannen
Losmaakoefeningen, zie verder bij oefeningen
Een koude pakking (zakdoek tussen huid en pakking, 10 minuten per keer, 20 minuten tussen elke koude behandeling) op de pijnplek onder de knieschijf. Zie bol.com: hot/coldpack
Te snelle opbouw leidt gemakkelijk tot terugkomen van de aandoening. Gemiddeld zijn zeven maanden nodig om weer intensief te kunnen sporten. In ernstige gevallen is meer tijd nodig: één tot twee jaar is niet ongebruikelijk!
Bekijk samen met de trainer of fysiotherapeut uw techniek, kijk of er aanpassingen mogelijk zijn, zodat overbelasting minder plaatsvindt (sporten waar veel buiging en strekking van de knie voorkomt vermijden)
Voor het weer oppakken van de sport, wordt geadviseerd minstens 2 weken pijnvrij activiteiten uit te kunnen voeren
Bespreek met de trainer of fysiotherapeut de opvoering van de belasting als de klachten afnemen
Goede warming-up en cooling-down (rustig starten met de sport, die u gaat doen, en rustig eindigen)
Ga niet over de pijngrens tijdens het sporten (geen pijn tijdens het sporten en niet erna)
Sporten waar gerend/ gesprongen/ geknield/ getrapt (voetbal) wordt kunnen overbelasting veroorzaken dus rustig opbouwen
Weer beginnen met sporten kan als de volgende activiteiten pijnvrij gedaan kunnen worden: buigen en strekken van de knie, wandelen, traplopen, hardlopen, sprinten, springen en hinken op het aangedane been.
Soms kiezen voor andere sport als klachten aanhouden.
Niet met medicatie/ pijndempers / patellabandje sporten
Neem met de fysiotherapeut door welke adviezen voor u zinvol zijn
Punten die van belang zijn bij ‘osgood schlatter’
Volg altijd instructies van de eigen fysiotherapeut
Oefeningen mogen nooit meer klachten veroorzaken! Zwaarte oefeningen (geld ook voor sporten) aan laten sluiten bij herstel overbelastingsgebied thv knieschijf. Maak zo nodig gebruik van hulpmiddelen, zie bol.com: Oefenmat // gewicht om enkel//elastische banden
Voortgang evalueren dmv zgn 'stoplichten. Naar volgende fase (zie website Tigra: oefeningen bij knieklachten) in revalidatie bij voldoen aan specifieke criteria: optreden pijn in dagelijkse leven en bij sporten
Losmaakoefeningen bij pijn en stijfheid
Rekken voorzijde bovenbeenspieren rustig uitvoeren ivm trek aan groeischijf! Deze rekoefening heeft een tegenstrijdig effect. Enerzijds verleng je de spier om de trekkrachten te verminderen, maar anderzijds wordt er tijdens het rekken onnodig veel aan de aanhechtingsplaats getrokken.
Het rekken van de hamstring heeft als doel om het scheenbeen meer ruimte te geven in voorwaartse richting zodat de trekkrachten op de aanhechtingsplaats van de kniepees afneemt.Rekoefeningen van bovenbeenspieren (voor-, achter- en binnenzijde) en kuitspieren
Krachtoefeningen bovenbeenspieren: zwaarte aansluiten bij herstel
Voor mogelijk basis oefenprogramma bij deze klacht zie onder, en zie video waar de meeste van de onderstaande oefeningen in voorkomen.
De video's van onderstaande oefeningen komen van de website 'rehab my patient', 'sportzorg' en 'kniecare'.
Losmaakoefeningen voor beenspieren en knie gewricht, uitvoeren in buiklig of ruglig of zit of stand
Sport/ werk specifiek oefenprogramma maken: opbouwen in snelheid bewegingen en in zwaarte.
Eventueel oefenprogramma van fysiotherapeut ondersteunen met enkele keren in de week trainen (bijvoorbeeld in een fitnesscentrum of joggen)
Juiste techniek sport die gedaan wordt of werk (bijvoorbeeld tiltechniek) doornemen met de sporttrainer of fysiotherapeut. De techniek moet erop gericht zijn in eerste instantie de uiterste grens van de belastbaarheid te vermijden. In sommige gevallen kan dit ten koste gaan van de geleverde prestatie
Mogelijk opbouw
Het ‘droog’ trainen van activiteit: eerst voorzichtig in ‘slow motion’ en later, als het goed gaat, sneller. De uitvoering mag geen pijn doen.
Uiteindelijk meer sport-/ werkspecifiek trainen. Men mag daarbij pas voluit gaan als men zonder enig probleem een tijdje rustig de betreffende activiteit/beweging kan doen. Heel geleidelijk de belasting op te voeren
De fysiotherapeut kan (als zowel de fysiotherapeut en de patiënt er achter staan!) een opname maken van de oefeningen die voor u van belang zijn (met telefoon van fysiotherapeut en mailen of met telefoon/ ipad van patiënt), zodat u thuis dit terug kan zien)
Als het mogelijk is functioneel oefenen/trainen ( = traplopen, opstaan en gaan zitten, wandelen, hometrainer, tuinieren, fietsen, stofzuigen
De fysiotherapeut maakt een oefenprogramma van de oefeningen die voor u geschikt zijn
De resultaten van deze studie laten zien dat de OSSI vragenlijst een goede test-hertest betrouwbaarheid en discriminante validiteit bezit. De OSSI vragenlijst is dus een betrouwbaar en valide meetinstrument voor het meten van de ernst van de klachten, de kniefunctie en de mogelijkheid om te sporten bij kinderen met Osgood-Schlatter. De OSSI vragenlijst kan in de toekomst worden gebruikt om bijvoorbeeld de effectiviteit van behandelingen te monitoren.
Decline squattest.
Pijn wordt vooral geprovoceerd door kniebuigingen, met name wanneer deze uitgevoerd worden op een hellend vlak, de zogenaamde decline squat test. Zie website 'Kinepraktijk Dufour Cattoor': Decline squat.
Osgood-Schlatter is met een prevalentie van 14,1% (141,3 per 1000 kinderen) een veelvoorkomende blessure bij jonge voetballers van 8 t/m 15 jaar, die met een gemiddelde VISA-O score van 68,6 punten een aanzienlijke impact heeft op het vermogen deel te nemen aan sportieve activiteiten. Het risico op de blessure neemt toe met de leeftijd, waarbij de biomechanische veranderingen optredend tijdens de groei waarschijnlijk een belangrijke rol spelen. Kinderen die een sport naast voetval beoefenden hadden een verhoogd risico op het hebben van de blessure. Er werden echter geen statistisch significante verschillen gevonden tussen de kinderen met en zonder Osgood-Schlatter wat betreft het aantal uur aan sportieve danwel fysieke activiteit. Meer onderzoek naar zowel de incidentie van Osgood-Schlatter als naar modificeerbare risicofactoren voor het ontstaan van de blessure is nodig voor het ontwikkelen van effectieve preventieve maatregelen.