Band: Buitenste knieband letsel

Onderstaande uitwerking is een aanvulling op de fysiotherapeutische behandeling: de fysiotherapeut (online of in de praktijk) geeft aan welke informatie, adviezen en oefeningen voor u van belang zijn. 
SAM 5532
  • Zie boven afbeelding voorzijde linker knie, in groen buitenste knieband

In het kort

  • De buitenste knieband, zie video over kniegewricht op youtube
    • Verbind het onderbeen met het bovenbeen (zie boven tekening)
    • Stabiliseert het kniegewricht
    • Voorkomt X stand knie
  • Letsel buitenste knieband treedt vaak op in combinatie met letsels aan kraakbeen in knie, meniscus of andere banden in knie
  • Er kan sprake zijn van een oprekking of gedeeltelijke inscheuring 
  • Kan ontstaan door trauma: b.v trap tegen binnenzijde onderbeen of bij verdraaiing knie
  • Er kan sprake zijn van pijn, zwelling en instabiliteit 
  • Advies bij vermoedelijk letsel: binnen 1-2 weken via huisarts naar orthopeed
  • Herstel duurt van enige maanden tot langer dan 1 jaar.
  • De fysiotherapeut geeft door uitleg, adviezen en oefeningen ondersteuning aan herstel

  • Andere benaming: lateraal kniebandletsel
  • Anatomie
    • In het kniegewricht komen twee botten (bovenbeen en onderbeen) bij elkaar. Tussen deze 2 botten zitten twee halve ringen van kraakbeen: de menisci. Om de uiteinden van de botten ligt het gewrichtskraakbeen en rond het gewricht zit gewrichtskapsel met daarbinnen gewrichtsvocht. Langs het kniegewricht lopen bandjes en pezen van spieren. Binnen in het gewricht lopen de kruisbanden. De buitenste knieband bevind zich aan de buitenzijde van de knie en verbind de zijkant van het bot van het bovenbeen met de zijkant van het bot van het onderbeen. De buitenste knieband voorkomt dat de knie in een O stand komt te staan
    • Functie knie gewrichtsbanden
      • Verbinden van het dijbeen met het scheenbeen
      • Stabiliseren en verstevigen van het gewricht
    • Zie google afbeeldingen: buitenste knieband. Neem met de fysiotherapeut door welke afbeeldingen voor u relevant zijn. 
  • Indeling in ernst van het letsel
    • Graad 1: Geen instabiliteit aantoonbaar bij op rek brengen binnenste knieband, beperking en pijn van de maximale buig- of strekbeweging, verstoord looppatroon. 
    • Graad 2: Instabiliteit en pijn bij bij op rek brengen binnenste knieband in 20-30° buiging in knie. 
    • Graad 3: Instabiliteit zonder eindweerstand en pijn bij op rek brengen binnenste knieband, speling bij volledige kniestrekking 
      • Bij graad 2 en 3 is het advies doorverwijzing naar orthopeed. 
  • Indeling volgens IKDC gradering
    • Graad A: 0-2 mm speling
    • Graad B: 3-5 mm speling
    • Graad C: 6-10 mm speling
    • Graad D:meer dan 10 mm speling
      • Graad A:  herstel meestal van zelf
      • Graad B en C: binnen 2 weken na blessure aanbrengen, 3 weken gipskoker, 12 weken herstel tijd
  • De buitenste knieband kan in combinatie met de binnenste meniscus en/of de kruisbanden beschadigd raken.  Zie ook het onderwerp 'trauma knie' op deze site
  • Een snelle diagnose is van groot belang voor het herstel: binnen 1 week knie laten onderzoeken. Zie onder bij huisarts
  • De buitenste knie band kan verrekken, inscheuren of afscheuren (gebeurd zelden).  
  • Een buitenste kniebandletsel geneest vaak minder makkelijk dan een binnenste kniebandletsel
  • Herstel van een knieband letsel duurt van enige maanden tot langer dan 1 jaar. Eea is afhankelijk van de ernst van de blessure en of andere structuren (meniscus, kraakbeen, kapsel) erbij betrokken zijn.

Neem met de fysiotherapeut door welke informatie voor u zinvol is

  • Trauma waarbij er draaiing van de knie naar buiten plaatsvindt
  • Klap/ trap tegen buitenzijde onderbeen of tegen de binnen zijde van de knie
  • Slijtage van het kniegewricht en daardoor een 'O stand'. Hierdoor buitenzijde kniegewricht meer uit elkaar en meer trek op buitenste band

Neem de oorzaak van uw klachten met de fysiotherapeut door

  • Pijn 
    • Bij belasten
    • Bij druk op buitenste knieband
  • Zwelling buitenzijde knie
  • Instabiliteit / een gevoel van 'erdoorheen zakken' (bv bij trap af lopen
  • Volledig buigen en/ of strekken is niet mogelijk

Neem de verschijnselen die bij u aanwezig zijn met de fysiotherapeut door

  • Fysiotherapeut
    • De eigen fysiotherapeut geeft aan welke informatie, adviezen en oefeningen zinvol zijn, zie verder. Meestal zijn 4 - 6 behandelingen voldoende. Tijd is de belangrijkste factor bij herstel. Fysiotherapie is van belang om de voorwaarden van het natuurlijke herstel te optimaliseren.
      • Eerste behandeling: uitleg klachtenbeeld, informatie over behandelplan en eerste adviezen oefeningen
      • Tweede behandeling: Oefeningen en adviezen doornemen (e.v.t een opname hiervan maken die thuis bekeken kan worden)
      • Derde behandeling: Oefeningen doornemen en kijken of ze goed uitgevoerd worden
      • Vierde behandeling: Enige tijd na behandeling 3: evalueren stand van zaken.
      • Zo nodig nog 2 (of meer) behandelingen plannen. E.e.a is afhankelijk van uitgebreidheid van de klacht, het herstel, het oppakken van adviezen /oefeningen en van de eventueel aanwezige 'bewegingsangst'
  • Huisarts (zie ook aanvullende informatie 1.1 en 2.5)
    • Medicatie: pijndemping
    • Doorverwijzen: onderzoek / fysiotherapeut / orthopeed als klachten aanwezig blijven ondanks de adviezen en oefeningen
      • Beleid verschilt tav een kruisbandletsel
        • Richtlijn huisartsen (NHG): Een afwachtend beleid bij een vermoedelijk kruisbandletsel is het beste in de eerste weken na de blessure (zie aanvullende informatie 1.1 en 2.6)
        • Richtlijn fysiotherapie (KNGF): Binnen 1 week naar huisarts bij een vermoedelijk kruisbandletsel en via huisarts naar orthopeed (zie aanvullende informatie 2.8)
  • Specialist, orthopeed, voor
    • Onderzoek (MRI, artrogram of  kijkoperatie), , zie ook startpuntradiologie.nl: knie
    • Gewrichtsondersteuning: Gipskoker of spalk bij (volledig) ingescheurde band
    • Aanmeten brace
      • In periode gebruik brace: De knie niet overstrekken (een maximale strekking van 0 graden is toegestaan) en niet verder buigen dan 90 graden. Als deze hoeken overschreden worden komt er rek op de band! Het is belangrijk dat de band tot rust komt en er geen stress op de buitenste knieband komt.
    • Operatie: is zelden nodig, eventueel bij gecombineerde letsels en bij artrose (standsverandering)
    • Zie website's

Neem met de fysiotherapeut door welke hulpverleners een aanvulling kunnen zijn op de behandeling

  • Algemeen
    • Brace bij chronische klachten: bespreken met orthopeed of fysiotherapeut
    • Tijdelijk ontzien aangedane knie door loophulpmiddel: zie het onderwerp 'hulpmiddelen' op deze site, kijk bij 'lopen'. Neem met de fysiotherapeut door welk loophulpmiddel voor u geschikt is. Zie filmpje en onderstaande afbeelding van website 'samenbeterthuis.nl. Zie bol.com: elleboogkrukken //  rollator  // looprekje

      • Hqdefault
    • Maak bij het traplopen een aansluitpas (bij veel pijn)
    • Voorkom lang staan
    • Voorkom overstrekking in de knie
    • Bij het in en uit de auto stappen  over de zitting draaien en gebruik maken van de handen 
    • Beweeg het been regelmatig om de knie ontspannen en los te houden 
  • Ontspannen / pijn verminderen

  • Bespreek samen met de fysiotherapeut welke sport/ activiteit voor u geschikt is:
  • Terugkeer naar sport bij voldoen aan volgende voorwaarden:
    • Volledig kunnen buigen en strekken in knie
    • Normale quadriceps kracht
    • Geen instabiliteit of doorzakgevoel
    • Geen angst voor nieuw letsel

Neem met de fysiotherapeut door welke adviezen voor u zinvol zijn

SAM 3759

  • Punten die van belang zijn bij een buitenste kniebandletsel
    • Volg altijd instructies van de eigen specialist en fysiotherapeut
    • Houdingsoefeningen
      • Knie niet overstrekken
    • Losmaakoefeningen bij pijn en stijfheid
      • In periode gebruik brace: De knie niet overstrekken (een maximale strekking van 0 graden is toegestaan) en niet verder buigen dan 90 graden. Als deze hoeken overschreden worden komt er rek op de band! Het is belangrijk dat de band tot rust komt en er geen stress op de buitenste knieband komt.
    • Kracht- en stabiliteitsoefeningen bovenbeenspieren ivm ontstane instabiliteit
    • Voorkom overstrekking in de knie tijdens het oefenen
  • Voor mogelijk basis oefenprogramma bij deze klacht zie onder, en zie video

    • Losmaakoefeningen voor beenspieren en knie gewricht
      • Ruglig en knie gestrekt, knie buigen en strekken door voet over onderlaag te schuiven 
      • Ruglig en knie gestrekt, knie en voet optrekken, knie buigen en strekken, voet weer op onderlaag zetten
      • Ruglig en knie gestrekt, knie optrekken en doorbuigen in knie met ondersteuning handen 
      • Ruglig, knie gestrekt en hak op opgerolde handdoek, doorstrekken in knie (of uithangen in strekking)
      • Ruglig of zit, hak op de grond, voet links- en rechtsom draaien, voet optrekken en terug bewegen
      • Zit, knie buigen en strekken door voet over onderlaag te schuiven
      • Zit, knie buigen en strekken
      • Zit, knie optrekken en doorbuigen in knie met ondersteuning handen
      • Zit en hak op grond (of op tafeltje) en knie doorstrekken (of uithangen in strekking) 
      • Stand, knie en voet optrekken, knie buigen en strekken, voet weer neerzetten
    • Rekoefeningen
      • Zit of stand, rug strekken, aangedane been gestrekt, hak op grond en handen op bovenbeen van het aangedane been, voorwaarts buigen vanuit heupen (lage rug gestrekt houden), houd even de uiterste stand aan en beweeg terug (rekken hamstring)
      • Kleine spreidstand, voorwaarts buigen met rug in neutrale stand, houd uiterste stand aan en beweeg terug. Zie video sportzorg: rekken hamstrings in stand
      • Neem spreidstand aan en shift (bekken horizontaal naar links of rechts bewegen) naar kant niet aangedane been, houd even de uiterste stand aan en beweeg terug (bij shift naar links, rekken lange spieren binnenzijde bovenbeen rechts). Zie video sportzorg: rekken adductoren in stand 
      • Schredestand, achterste aangedane been knie gestrekt en voet plat op grond, lichaam voorwaarts bewegen, houd even de uiterste stand aan en beweeg terug (oppervlakkige kuitspier). Voor diepe kuitspier iets buiging houden in achterstaande been (rekken kuitspieren). Zie video sportzorg: rekken korte kuitspier en lange kuitspier
    • Kracht- en stabiliteitsoefeningen
      • Buiklig, been (met knie iets gebogen) iets heffen van onderlaag en terug (kracht hamstrins)
      • Ruglig, knie licht gebogen door rolletje (opgerolde handdoek) onder knie, knie strekken en terug (knieholte op handdoek laten) (kracht quadriceps). Zie video sportzorg: strekken knie (rolletje onder knie) in ruglig 
      • Ruglig en knieen gebogen, 'bruggetje' maken en terug (variatie: afwisselend voet iets heffen) (kracht beenspieren). Zie video sportzorg: bruggetje
      • Ruglig of zit of stand, hak op de grond en knie aangedane been gestrekt (niet overstrekken), bovenbeenspieren aanspannen (knieschijf optrekken) in 3 seconden en ontspan in 3 seconden (kracht quadriceps). 
      • Ruglig of zit, knie strekken en terug (variatie: V maken of 8 maken met voet/been) (kracht quadriceps)
      • Stand, voet zijwaarts aantikken op grond en terug (kracht spieren buitenzijde bovenbeen), voet achter aantikken op grond en terug (kracht hamstrings)
      • Spreidstand, iets door knieën buigen en terug (squat) (kracht beenspieren). Zie video achmea: squat
      • Schredestand iets door knieën buigen en terug (lunge) (kracht beenspieren). Zie video sportzorg: lunge met uitvalspas
      • Stand, op tenen staan en terug (kracht beenspieren). Zie video sportzorg: tenenstand 
      • Stand, even op 1 been blijven staan (variatie: iets doorbuigen of rondom aantikken met andere voet) (stabiliteit been). Zie video sportzorg: 1 benige balansoefening
      • Stand, springen naar verschillende richtingen: naar links en terug, naar rechts en terug, schuin naar links en terug, schuin naar rechts en terug, naar voren en terug (stabiliteit been)
  • Voor extra oefeningen en algemene informatie bij oefeningen,
  • Als het mogelijk is functioneel oefenen/trainen ( = traplopen, opstaan en gaan zitten, wandelen, hometrainer, tuinieren, fietsen, stofzuigen, sport doornemen die gedaan wordt 'droog oefenen' zoals  bijvoorbeeld tennis bewegingen met racket doornemen in oefenzaal) omdat dit aansluit bij het normale gebruik spieren en gewrichten

SAM 3806

De fysiotherapeut maakt een oefenprogramma van de oefeningen die voor u geschikt zijn

  1. Websites
    1. Thuisarts.nl: kniebandletsel           
    2. Zie ook op deze site de onderwerpen: Knietrauma / hulpmiddelen / instabiliteit knie
  2. Onderbouwing  
    1. NHG-Standaard Traumatische knieproblemen (2010)
      1. De meeste traumatische knieklachten hebben een gunstig beloop en kunnen door de huisarts worden behandeld.
      2. Voor het beleid zijn het klachtenbeloop en de functiebeperkingen van de knie van grotere waarde dan bevindingen van lichamelijk onderzoek.
      3. De meerwaarde van door de huisarts aangevraagd MRI-onderzoek is niet aangetoond.

        Indicaties voor directe verwijzing zijn: een vermoedelijke kniefractuur, een slotstand en een patellaluxatie met ernstige klachten.

      4. Een achterstekruisbandruptuur is meestal het gevolg van een fors trauma. In de tweede lijn wordt dit letsel niet alleen na sportletsel maar ook na verkeersletsel gevonden.
      5. Er zijn aanwijzingen dat achterste kruisbandletsels spontaan kunnen herstellen.
      6. Leg uit dat bij een (vermoedelijk) kruisband-, meniscus-, of collateralebandletsel de klachten in de meeste gevallen in de loop van drie maanden kunnen verminderen of verdwijnen.
      7. Er is, met uitzondering van een slotstand, in de acute fase bij bovengenoemde letsels geen indicatie voor een verwijzing naar een orthopedisch chirurg omdat dit het beleid in de eerste weken niet beïnvloedt.
      8. Adviseer bij veel pijn rust en laat de patiënt in de eerste dagen, afhankelijk van de ernst van de klachten bij het lopen, elleboogskrukken gebruiken.
      9. De knie mag, zodra de pijn dat toelaat, worden belast en worden gestrekt en gebogen. Adviseer de belasting op te voeren (bijvoorbeeld door te fietsen of te wandelen) als de pijn en zwelling zijn afgenomen.
      10. Adviseer ter voorkoming van spieratrofie de musculus quadriceps regelmatig aan te spannen. Als voorbeeld van een quadricepsoefening kan de huisarts de volgende instructie geven: houd in zittende houding het been gedurende tien seconden gestrekt boven de grond. Herhaal dit tien maal achter elkaar met pauzes van tien seconden en doe deze oefening drie tot vier maal per dag.27)
      11. Adviseer bij een distorsie, contusie of (gereponeerde) patellaluxatie (zonder vermoeden van intra-articulair letsel) de knie op geleide van de pijn zo normaal mogelijk te gaan belasten.
    2. KNGF evidence statement: acuut knieletsel
      1. De werkgroep adviseert om bij patienten met acuut knieletsel diagnostische en evaluatieve klinimetrie uit te voeren zoals in tabel 4 (en bijbehorende noten) staat beschreven. De werkgroep is van mening dat diagnostische tests altijd kunnen worden uitgevoerd tijdens het eerste patiëntcontact, ondanks verminderde betrouwbaarheid gedurende de eerste dagen na het trauma. Uitgestelde diagnostiek of hertesten na afname van zwelling en pijn is noodzakelijk om de conclusie en de daaraan verbonden consequenties te verifiëren, dan wel bij te stellen (Henry et al., 1991; Rossi et al., 2011).

      2. Vermoeden van VKB-letsel: De werkgroep is van mening dat het, bij een vermoeden van VKB-letsel, noodzakelijk is om de patiënt na het acute letsel door te verwijzen naar de huisarts voor mogelijke doorverwijzing naar de tweede lijn om deze diagnose te bevestigen, waarbij tegelijkertijd een fysiotherapeutische behandeling gestart kan worden. Bij blijvende functionele instabiliteit ondanks de fysiotherapeutische behandeling, dient de patiënt doorverwezen te worden naar de huisarts voor mogelijk operatief ingrijpen.

      3. Letsel van het LCL en/of PLC (postero laterale complex)(graad B, C en D): De werkgroep is van mening dat het bij letsel van het LCL en/of PLC (graad B, C en D) noodzakelijk is om de patiënt binnen één week na het acute letsel te verwijzen naar de huisarts voor mogelijke doorverwijzing voor gipsbehandeling of strekbrace.

      4. Letsel van het sMCL en/of het PMC (postero nediale complex) (graad B, C en D): De werkgroep is van mening dat het bij letsel van het sMCL en/of het PMC (graad B, C en D) noodzakelijk is de patiënt binnen één week na het acute knieletsel te verwijzen naar de huisarts voor mogelijke doorverwijzing voor het aanmeten van een brace.

      5. Letsel van het LCL (laterale coll. band) en/of PLC (postero laterale complex) (graad B, C en D): De werkgroep is van mening dat het bij letsel van het sMCL en/of het PMC (graad B, C en D) noodzakelijk is de patiënt binnen één week na het acute knieletsel te verwijzen naar de huisarts voor mogelijke doorverwijzing voor het aanmeten van een brace.

      6. Meniscusletsel: De werkgroep is van mening dat bij een meniscusletsel oefentherapie de behandeling van eerste keuze is. Bij onvoldoende resultaat van de fysiotherapeutische behandeling dient de patiënt verwezen te worden naar de huisarts voor mogelijke doorverwijzing voor operatief ingrijpen.

      7. Kraakbeenletsel: De werkgroep is van mening dat een kraakbeenletsel zeer moeilijk te diagnosticeren is; vaak lijkt de aandoening
        op een meniscusletsel. Bij een verdenking op kraakbeenletsel is oefentherapie de behandeling van eerste keuze. Bij onvoldoende resultaat van de fysiotherapeutische behandeling dient de patiënt verwezen te worden naar de huisarts voor mogelijke doorverwijzing voor operatief ingrijpen.

    3. Knee resource: Postero lateral corner injury

Neem met de fysiotherapeut door welke informatie voor u zinvol is