Onderstaande uitwerking is een aanvulling op de fysiotherapeutische behandeling: de fysiotherapeut (online of in de praktijk) geeft aan welke informatie, adviezen en oefeningen voor u van belang zijn.
Zie boven afbeelding: voorzijde linker bekkenhelft en bovenste deel linker bovenbeen, in rood kraakbeenring
In het kort
Het heupgewricht wordt gevormd door de heupkop en de heupkom. Rond de heupkom ligt een kraakbeenring. Zie boven afbeelding
Door o.a overbelasting of een trauma kan de ring beschadigen
U kan pijn hebben bij heupbuigingen en/of draaibewegingen in de heup
De fysiotherapeut geeft door uitleg, adviezen en oefeningen ondersteuning aan het herstel
Zo nodig kijken welke hulpverlener zinvol is als klachten blijven of erger worden
Andere benaming: letsel labrum heupgewricht of gescheurd labrum
Anatomie
In het heupgewricht komen twee botten bij elkaar: heupkop (onderdeel bovenbeenbot) en heupkom (onderdeel van het bekken). Rond de heupkom ligt een kraakbeenring. Om de uiteinden van de botten ligt het gewrichtskraakbeen en het gewrichtskapsel. Binnen het kapsel zit gewrichtsvloeistof. Langs het gewricht lopen zenuwen, bloedvaten, banden en pezen, en tussen de pezen zit een slijmbeurs.
Zie 'google afbeeldingen': heup kraakbeenring. Neem met de fysiotherapeut door welke afbeeldingen voor u relevant zijn.
Onderdeel van een gewrichtsklacht van de heup: zie op deze site 'heup gewrichtsklacht'
Neem met de fysiotherapeut door wat bij u de oorzaak is
Pijn in lies en/of heup regio en/of bil: e.e.a is afhankelijk welk deel van de kraakbeenring is aangedaan
Bij heup buigingen: hurken, sokken aandoen, zitten, opstaan na zitten
Tijdens en na sporten met veel draaibewegingen
Bij strekken knie tegen weerstand: trek aanhechting spier bij letsel regio
Gevoel van doorzakken in heup
Drukpijn bovenzijde heupgewricht
Neem met de fysiotherapeut door welke verschijnselen bij u aanwezig zijn
Fysiotherapeut
De eigen fysiotherapeut geeft aan welke informatie, adviezen en oefeningen zinvol zijn, zie verder. Meestal zijn 4 - 6 behandelingen voldoende. Tijd is de belangrijkste factor bij herstel van de aangedane structuren. Fysiotherapie is van belang om de voorwaarden van het natuurlijke herstel te optimaliseren.
Eerste behandeling: Diagnose stellen, uitleg klachtenbeeld, informatie over behandelplan en eerste adviezen oefeningen
Tweede behandeling: Oefeningen en adviezen doornemen (e.v.t een opname hiervan maken die thuis bekeken kan worden)
Behandeling 3: Oefeningen doornemen en kijken of ze goed uitgevoerd worden
Behandeling 4 enige tijd na behandeling 3: evalueren stand van zaken.
Zo nodig nog 2 (of meer: e.e.a afhankelijk van herstel) behandelingen plannen
Huisarts
Medicatie: pijndemper
Doorverwijzen: onderzoek, fysiotherapeut, orthopeed als klachten ondanks de adviezen en oefeningen aanwezig blijven
(Kijk) operatie: herstellen kraakbeenring (labrum) scheur. Operatie vnl uitgevoerd bij jongeren omdat bij ouderen het vaak een onderdeel is van achterliggende gewrichtsklachten van de heup. Zie 'heupscopie.nl: voorlichtingsfilmpje over heupartroscopie
Neem met de fysiotherapeut door welke hulpverleners een aanvulling kunnen zijn op de behandeling
Algemeen
Met fysiotherapeut doornemen wat overbelastingsmomenten zijn
Warmtepakking op bovenbeenspieren. Zie 'hulpmiddelen' op deze site en kijk bij 'spieren'. Zie bol.com: hot/coldpack
Bij veel pijn zo nodig loophulpmiddel gebruiken. Zie bol.com: elleboogkrukken // rollator // looprekjeZie het onderwerp 'hulpmiddelen' op deze site, kijk bij 'lopen'. Neem met de fysiotherapeut door welk loophulpmiddel voor u geschikt is (zo nodig wisselen loophulpmiddel bij opbouwen belasting). Zie filmpje en onderstaande afbeelding van website 'samenbeterthuis.nl.
Bewegen, sporten, werken
Duurtraining (wandelen, fietsen, zwemmen) en/of intervaltraining (bijvoorbeeld inspanningsblokjes van 5 minuten) en/of krachttraining (zie 'bewegen en trainen' op deze site).
Mogelijke activiteit is bijvoorbeeld trainen in het water, zie video's op website 'physiotec', Aquatherapie.
Maximale buiging in heup voorkomen tijdens werk en sport
Bij fietsen niet te ver voorover leunen (niet racefietsen)
Bij fitness geen diepe squats uitvoeren
Goed bewegen in pijnvrij traject: fietsen, wandelen
Bij geen operatie
Aanpassen of stoppen sport
Overbelasting voorkomen: voorkomen ver doorbuigen en draaiing naar binnen van de heup
Bij operatie
Volg protocol specialist
Eerste week na de ingreep lopen met 2 elleboogkrukken, daarna opbouwen belasting
Als het mogelijk is functioneel oefenen ( = traplopen, opstaan en gaan zitten, wandelen, hometrainer, tuinieren, stofzuigen) omdat dit aansluit bij het normale gebruik spieren en gewrichten
Sport/ werkspecifieke oefeningen
De fysiotherapeut kan (als zowel de fysiotherapeut en de patiënt er achter staan!) een opname maken van de oefeningen die voor u van belang zijn (met telefoon van fysiotherapeut en mailen of met telefoon/ ipad van patiënt), zodat u thuis dit terug kan zien)
Meeste video's van onderstaande oefeningen van website 'rehab my patient'
Sport/ werk specifiek oefenprogramma maken: opbouwen in snelheid bewegingen en in zwaarte.
Oefenprogramma van fysiotherapeut ondersteunen met enkele keren in de week trainen (bijvoorbeeld in een fitnesscentrum of joggen)
Juiste techniek sport of werk doornemen met de sporttrainer of fysiotherapeut. De techniek moet erop gericht zijn de uiterste grens van de belastbaarheid te vermijden. In sommige gevallen kan dit ten koste gaan van de geleverde prestatie
Sport: Techniek van sport die gedaan wordt. Bijvoorbeeld looptechniek bij joggen
Werk: Bijvoorbeeld tiltechniek (buigen in heupen en knieën / in- en uit vrachtwagen stappen)
Mogelijk opbouw
Het ‘droog’ trainen van activiteit: eerst voorzichtig in ‘slow motion’ en later, als het goed gaat, sneller. De uitvoering mag geen pijn doen.
Uiteindelijk meer sportspecifiek (of werkspecifiek) trainen. Men mag daarbij pas voluit gaan als men zonder enig probleem een tijdje rustig de betreffende activiteit/beweging kan doen. Heel geleidelijk de belasting op te voeren
Boek: Onderzoek en behandeling van het bekken H2 (Labrumletsel ten gevolge van femoroacetabulair cam impingement) en H4 (Labrumletsel van het labrum acetabulare.), Koos van Nugteren